Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHIMMELPENNINCK, gerrit

betekenis & definitie

graaf, heer van Nijenhuis en Peckedam, Nederlands staatsman (Amsterdam 25 Febr. 1794 - Arnhem 4 Oct. 1863), was de zoon van Rutger Jan Schimmelpenninek. Hij voltooide zijn studie in Leiden niet, ging in de handel als lid van de firma Van Staphorst en Co in effecten en werd in 1824 een der vijf directeuren van de Nederlandsche Handelmaatschappij, waarvan hij van 1827-1832 president was.

Vervolgens werd hij koninklijk commissaris bij deze maatschappij en gedurende korte tijd secretaris van staat. Van 1837-1840 was hij gezant te St Petersburg, daarna lid van de Eerste Kamer en van 1846-1852 gezant te Londen. Dit laatste gezantschap werd in 1848 enkele maanden onderbroken, toen hij in opdracht van Willem II een kabinet formeerde, dat een nieuwe liberale grondwet brengen zou; zelf beheerde Schimmelpenninck in dit ministerie de portefeuille van Buitenlandse Zaken. Toen het Schimmelpenninck duidelijk werd, dat de Koning het ontwerp der Grondwetscommissie, opgesteld door Thorbecke, aan de Staten-Generaal voorgelegd wenste te zien en niet een op Engelse leest geschoeide, meer behoudende grondwet, die Schimmelpenninck voor de geest stond, nam hij ontslag. Hij was een fel tegenstander van Thorbecke, die hij dan ook gedurende zijn lidmaatschap van de Tweede Kamer, van 1853-1854, bestreed.

Lit.: J. M. de Kempenaer, G. graaf Sch. (Levensber. Letterk. 1864).

< >