Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

RUG

betekenis & definitie

de achterzijde van de romp, wordt bij de mens allengs smaller naar de zijde van de nek en vindt aan de andere zijde zijn grens in het twaalfde ribbenpaar. In ruimere zin rekent men tot de rug ook de lendenstreek, zodat zijn grenzen zich dan tot aan het darmbeen uitstrekken.

De zijdelingse grenzen van de rug vindt men aan de buitenkant van de brede rugspier. Op het midden van de rug ontwaart men een groef met twee wallen. In de groef liggen de doornuitsteeksels der rugwervels en de wallen worden door spieren gevormd.De huid van de rug is dik en betrekkelijk weinig gevoelig. Zij bedekt enige grote platte spieren, die gedeeltelijk tot beweging van de arm, gedeeltelijk tot een boven- en benedenwaartse beweging der ribben dienen. Een zeer dikke en samengestelde spiermassa ligt onder genoemde platte spieren; zij dient hoofdzakelijk voor de beweging van de romp. Tussen de spieren en de huid is voorts een sterk vlies gelegen, dat de spieren op haar plaats doet blijven. De beenderen van de rug waaraan al die spieren zich vasthechten, zijn de wervelkolom en de ribben. In de weke delen van de rug vindt men bloedvaten en zenuwen.

< >