26ste president der V.S. van Amerika (New York 27 Oct. 1858 - Sagamore Hill 6 Jan. 1919), studeerde te Harvard en begaf zich als lid van de Republikeinse partij in de politiek. Zijn arbeid als politiepresident van de staat New York plaatste hem in het midden van de publieke aandacht (1894-1897).
In 1897 werd hij onderminister van Marine, maar bij het uitbreken van de Spaans-Amerikaanse oorlog ging hij aan het hoofd van een cavaleriecorps, de zgn. „Rough Riders”, naar Cuba; het aandeel van deze ruiterij in de strijd is schromelijk overdreven.Na de oorlog werd hij gouverneur van New York, in 1900 vicepresident en na de moord op MacKinley president (14 Sept. 1901); in 1904 werd hij met grote meerderheid herkozen. Hij prikkelde de chauvinistische instincten van zijn volk door een krachtige buitenlandse politiek en door heftige redevoeringen; groot opzien baarde de wijze, waarop hij in Panama een „revolutie” ensceneerde, die het gebied, voor de aanleg van het Panamakanaal bestemd, onder de contrôle van de V.S. bracht. In 1905 bemiddelde hij de vrede van Portsmouth tussen Rusland en Japan. Goed werk verrichtte hij voor het behoud van de natuurlijke rijkdommen van zijn land. In 1908 stelde hij zich niet meer beschikbaar; tussen Roosevelt en de door hem naar voren geschoven Taft kwam het echter tot een verwijdering, die er toe leidde, dat hij zich in 1912 als hoofd van een nieuw opgerichte Progressieve partij opnieuw in de politiek begaf. Van de scheuring in de Republikeinse partij profiteerde toen echter de democraat Wilson. Op diens beleid tijdens Wereldoorlog I oefende Roosevelt vaak scherpe critiek uit; het is mede daaraan toe te schrijven, dat het Amerikaanse volk zich bij de verkiezingen van 1918 van Wilson afwendde, hetgeen op de geschiedenis van de vrede van Versailles en van de Volkenbond van grote invloed is geweest.
PROF. DR J. PRESSER
Bibl.: The Winning of the West (4 dln, 1889-1895); American Ideals and Other Essays (1897); The Strenuous Life (1901); Autobiography (1913).
Lit.: R. P. J. Tutein Nolthenius, Th. R., de man der tien geboden (Haarlem 1904, in: Mannen en vr. v. bet., XXXVI, 1); J. Moody and H.
Howland, Great Leaders in Business and Politics. I The Masters of Capital. II Th. R. and his Times (New Haven 1919 in: The Chronicles of America Series, XXII); J. B. Bishop, Th.
R. and his Time. Shown in his own Letters, 2 dln (London 1920); W. R. Thayer, Th. R. (London 1920); Lord Charnwood, Th. R. (1923); O.
Wister, R., The Story of a Friendship (1930); H. F. Pringle, Th. R. (1931); A. B. Hart and H.
R. Ferleger, Th. R. Cyclopedia (1941); The Letters of Th. R., The Years of Preparation, 2 dln (1951).