Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

ODENSE

betekenis & definitie

hoofdstad van het gelijknamige ambt (1811 kma; 1945: 231 430 inw.) in Denemarken, met (1951) 100940 inw. (1939: 85000; 1945: 92 440), van wie 98 pct Luth. en 2 pct andersdenkenden, gelegen aan de Odense-Au en het Odensekanaal, kruispunt van spoorwegen, bezit 8 kerken, w.o. de Sint Knoet’s domkerk uit de 11de-14de eeuw en een kasteel; het is de zetel van de ambtman (gouverneur) en van de bisschop van Funen. Er is industrie (textiel, glas, electrische artikelen, werven voor stalen schepen).

Uitgevoerd worden eieren, boter, spek, vlees, huiden en vruchten.Odense is een zeer oude stad en het bisdom aldaar werd reeds in de i ide eeuw gesticht. De Rijksdag, in 1527 te Odense gehouden, schonk aan de Protestanten en R.K. in Denemarken gelijke rechten. In Wereldoorlog II werd de Odinstoren, de hoogste in Noord-Europa, opgeblazen. De opstand tegen de Duitse weermacht (Aug. 1943) begon in Odense.

< >