is de naam van een vorstelijk geslacht, dat tot de oudste van Oostenrijk behoort. Reeds in 1140 wordt het in een oorkonde genoemd.
Behalve souvereinen van het gelijknamige vorstendom tussen Zwitserland en Oostenrijk waren de prinsen van Liechtenstein soms ook Oostenrijkse legeraanvoerders en politici. Als zodanig moeten genoemd worden:Alfred (Praag 11 Juni 1842 - kasteel Frauenthal, Stiermarken, 8 Oct. 1907), was sedert 1879 Duits-clericaal afgevaardigde in de Oostenrijkse Rijksraad en sedert 1887 lid van het Oostenrijkse Herenhuis.
Aloys (Wenen 18 Nov. 1846 - 25 Mrt 1920), broeder van de voorgaande, was sedert 1878 lid van de Oostenrijkse Rijksraad, sloot zich in 1891 bij de antisemietische Christelijk-sociale partij aan, waarvan hij leider werd (1910-1918).
Johann I Joseph (Hessen 26 Juni 176020 Apr. 1836), Oostenrijks veldmaarschalk, die een rol speelde in de Franse revolutie-oorlogen en in de veldtochten tegen Napoleon I. Hij sloot de vrede van Presburg (1805) en die van Schönbrunn (1809). Van 1805 tot 1806 en 1814 tot 1836 was hij regerend vorst van Liechtenstein.
Lit.: J. v. Falke, Gesch. d. fürstl. HausesL., 3 dln (1868-1883); O. Christe, Feldmarschall Johann Fürst v. L. (1905).
