Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KORDOFAN

betekenis & definitie

(Kordifal) is een 390 000 km2 grote provincie van de Anglo-Egyptische Soedan, met (1948) i 518 900 inw. Het gebied wordt omsloten door de Bajoeda-woestijn ten N. en door de oevers van de Bahr-el-Abiad (Witte Nijl) ten O. en ten Z. en een met zwervende Arabische herders bevolkte steppe ten W. (z Darfoer).

Kordofan bestaat grotendeels uit een op 600-800 m hoogte gelegen kale vlakte, waarop zich in het centrum enige alleenstaande heuvelrijen van graniet, gneis en kwartsiet verheffen. Alleen in het Z. vindt men rivieren in een komvormige laagte, Tagalle, die goed van water voorzien is. De hier gelegen Noeba-heuvels worden doorsneden door vruchtbare en beboste dalen met o.a. dadelpalmen. Het Z.W. van de provincie heeft rivieren, die slechts periodiek water voeren. Men vindt in Kordofan behalve tamarinden, vijgebomen en baobab-bomen ook acacia-soorten, die gummi opleveren. De bevolking bestaat uit Noeba- en Foendsj-negers, de oorspronkelijke bewoners van het land, die nu naar het Z. in het bergland zijn teruggedrongen, verder uit Bedoeïenen, Kababisjen en andere Arabisch sprekende stammen. Zij houden zich bezig met veeteelt (runderen, schapen, kamelen), de winning van gom en de verbouw van sorghum en katoen. De handel omvat gom, struisveren, huiden, enz., en er is textiel- en lederindustrie. Ook is er enige ijzer- en stofgoudwinning. De hoofdplaats is El Obeid met 65 800 inw., het eindpunt van de spoorlijn naar Kassala en Port-Soedan. Bara en de oase Es Safih liggen ten N. en Hadsja ligt ten N.W. van de hoofdstad.Sedert 1790 maakte Kordofan deel uit van Sennaar, werd daarna door Darfoer onderworpen en in 1821 door Egypte veroverd. De Mahdi beheerste het gebied van 1883-1899 en sedertdien behoort Kordofan tot de Anglo-Egyptische Soedan.

W. VAN DE BUNT

Lit.: S. F. Nadel, The Nuba; an Anthropological Study of the Hill Tribes of Kordofan (London 1947).

< >