Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SORGHUM

betekenis & definitie

in Zuid-Afrika „kaffer- of negerkoren” genoemd, is een tot de fam. der Gramineeën of Grassen behorend graangewas Andropogon Sorghum Brot., dat vooral in de droge, woestijnachtige gebieden van Afrika en Azië een belangrijk gewas is, dat tegenwoordig ook in Amerika in uitgestrekte gebieden verbouwd wordt. Het is het enige graangewas, dat grote droogte goed doorstaan kan.

De plant lijkt in jonge toestand veel op maïs, doch de stengels zijn dunner en droger en dragen veel meer bladeren. De plant wordt 1½-2 m hoog en levert na 3½-5 maanden het rijpe zaad. De stengel eindigt in een pluimvormige bloeiwijze met zeer veel zijassen.Op vochtige bodem kan de plant een overblijvend gewas worden zodat men er een tweede oogst van winnen kan. In jonge toestand bevat de plant glycosieden, waaruit onder inwerking van maagsap blauwzuur vrij komt; het zaad is er echter vrij van en bevat 2-3 pct vet, 60-65 pct koolhydraten en 8-9 pct stikstofhoudende verbindingen. Merkwaardig zijn

1. de bezemgierst, een var. waarbij de uitgebloeide bloeiwijze als bezem dienst kan doen.
2. De suikergierst, waarbij het merg zo suikerhoudend is, dat de plant voor de winning van suiker en voor de bereiding van stroop en alkohol verbouwd wordt, wat vooral in vochtige streken mogelijk is.

DR A. KLEINHOONTE

Lit.: Sprecher von Bernegg, Tropische u. Subtrop. Weltwirtschaftspflanzen I (Stuttgart 1929), p. 171-205; Van der Veer, Sorghum in: Van Hall en Van de Koppel, De Landbouw in de Ind. Arch. IIA (’s-Gravenhage 1948), p. 157-162.

< >