Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KLEEF

betekenis & definitie

(1) of Kleefsland is de naam van een oude landsheerlijkheid in het Rijnland. Ca 1020 kwam de sterkte te Kleef in handen van de stamvader van het oude Kleefse gravengeslacht, Rutger de roodharige („Hamens”), broeder van Gérard de roodharige, die Wassenberg en het Utrechtse leengraafschap in Teisterbant verwierf en als stamvader der latere Gelderse graven geldt.

Het oude grafelijke geslacht stierf in 1368 in de mannelijke lijn uit met Johan, die aanvankelijk domproost van Keulen en later de tweede echtgenoot van Mechteld, dochter van hertog Reinald de Zwarte van Gelre was. Zijn opvolger was Adolf, gewezen geconfirmeerd elect van Munster en (tot 1364) van Keulen, een der broeders van Engelbert III van Mark. In 1417 werd Kleef een hertogdom. Hertog Johan III was in 1510 gehuwd met Maria, dochter van Willem IV van Gulik en Berg, waardoor de landen Kleef, Mark, Gulik, Berg en Ravensberg in één hand kwamen. Bovendien werd hij in 1538 door de Staten van Gelre-Zutphen als beschermer aangenomen, terwijl zijn zoon Willem de kinderloze Gelderse hertog Karei van Egmond opvolgde. Hertog Willem (de Vijfde van Gulik) moest in 1543 bij de vrede van Venlo afzien van Gelre en Zutphen ten gunste van keizer Karei V. Het Gulik-Kleefse hertogelijke huis stierf in 1609 met hertog Johan Willem uit, hetgeen aanleiding werd tot de Gulik-Kleefse successietwist tussen Johan Sigismund van Brandenburg en Wolfgang Willem van de Palts-Neuburg, terwijl ook de keurvorst van Saksen aanspraken liet gelden. Nadat in 1609 te Dortmund overeengekomen was, dat Brandenburg en de Palts Kleef gezamenlijk zouden besturen, werd in 1614 te Xanten bepaald, dat Kleef, Mark en Ravensberg aan Brandenburg zouden komen. De band van Kleef met Brandenburg en Pruisen bleef bestaan totdat door Pruisen in 1801 eerst het links van de Rijn gelegen gebied en vervolgens in 1805 het rechts hiervan gelegen gebied aan Frankrijk afgestaan werd. In 1806 kwam Kleef te zamen met het vroegere hertogdom Berg onder het bewind van Joachim Murat als groothertog van Berg. Kleefsland werd opnieuw Pruisisch in 1814. Na Wereldoorlog II werd het land na de ontbinding van het Derde Rijk en de staat Pruisen een deel van het Land Noordrijnland-Westfalen.DR A. J. MARIS

Lit.: R. Schölten, Zur Gesch. der Stadt Cleve (1905); A. Herrmann, Beiträge zur Gesch. des Herzogtums Kleve (1909); Quellen zur inneren Gesch. der rheinischen Territorien. Herzogtum Cleve, I, hrsg. v. Th. Ilgen (3 dln, 1921-’25); K. Schottmüller, Die Organisation der Centralverwaltung in KleveMark vor der brandenb. Besitzergreifung im Jahre 1609 (1897); L. Wollenhaupt, Die Cleve-Märkischen Landstände im 18. Jhrt (1924).

(2) (Duits: Kleve; de naam betekent klif, d.i. steile rand), Westduitse stad en Kurort in het land Noord-Rijnland-Westfalen met (1950) 30 000 inw. (i939:3o 280; 1945: 21 950), van wie 88 pct R.K., 10 pct Evang. en 2 pct andersdenkenden, ligt bij de Nederlandse grens op 46 m hoogte tegen de heuvelachtige, met bos begroeide pleistocene heuvels, welke zich uitstrekken van Duisburg tot Nijmegen; voorts aan het riviertje Kermisdal, aan het Spoy-kanal (naar de Rijn) en aan de spoorweg Nijmegen - Keulen. De nabijgelegen Kleverberg is 105 m hoog. Vlak bij de stad begint het Reichswald.

STADSBEELD

In de Stiftskirche (1341-1425), in Wereldoorlog II aanzienlijk beschadigd, liggen de graven van de hertogen van Kleef. De Minoritenkirche (15de eeuw), eveneens beschadigd, heeft een opmerkelijk koorgestoelte. In het midden der stad staat het voormalige residentieslot Schwanenburg (10de eeuw), waaraan de sage van de Zwaanridder is verbonden. In Wereldoorlog II zwaar beschadigd. De stad bezit mooie parken, waaronder de Tiergarten (17de eeuw). Omstreeks igoo werd Kleef industriestad. Van belang zijn de schoenen-, levensmiddelen- en tabaksindustrieën. Kleef is steeds door veel Nederlanders bezocht. De bevolking is oorspronkelijk ook vrijwel geheel Nederlands. Niet ver van Kleef ligt het Prinzenhof (1644), gebouwd ter ere van Johan Maurits van Nassau-Siegen, die er in 1679 als Brandenburgs stadhouder overleed.

WERELDOORLOG II

De stad Kleef heeft in Febr. 1945 in het brandpunt gelegen van de zware strijd om het Reichswald, welke de inleiding vormde van de grote slag in het Rijnland. De strijd om Kleef duurde van 9-13 Febr., waarop de stad werd bezet. Het aantal gebouwen en woningen (1939 = 100 pct) bedroeg in 1946: 64 pct, in 1950: 85 pct.

< >