Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 04-07-2022

Justinianus

betekenis & definitie

naam van twee keizers van het Byzantijnse Rijk.

Justinianus I,

keizer van 527-565 (Tauresium, Dardanië, n Mei 482 - Constantinopel 14 Nov. 565), eigenlijk Petrus Sabbatius, werd opgevoed in Constantinopel. Tijdens de regering van zijn oom Justinus I had hij reeds grote macht. Na het beëindigen van de oorlog met de Perzen (532) wilde hij het Westen onderwerpen. Zijn veldheer Belisarius bracht het rijk der Vandalen in Afrika ten val (533), streed daarna in Italië, maar viel in ongenade en werd vervangen door Narses. Deze versloeg bij Busta Gallorum de Goten onder Totila (552), veroverde Rome en versloeg de Goten nog eens. Italië werd een Byzantijnse provincie.

In Spanje werd (ca 554) aan de West-Goten ernstig afbreuk gedaan. De Donau-provincies bleven echter verloren, Pannonië kwam aan de Langobarden, het Balkan-schiereiland werd ten dele door Slavische volken bezet; Zuid-Gallië was Frankisch bezit. In 539 brak weer een oorlog met Perzië uit, die pas in 562 beëindigd werd. De gemalin van Justinianus, Theodora, had veel invloed op de regering. Haar partijkiezen voor de circuspartij van de „Blauwen” veroorzaakte de Nika-opstand (532). Belisarius wist deze opstand bloedig te onderdrukken.

Op kerkelijk gebied streefde Justinianus naar een hereniging van monophysieten en orthodoxen. De laatste overblijfselen van de antieke gedachtenwereld verdwenen onder zijn regering. In 529 werd de Neoplatonische Academie te Athene gesloten. Veel kerken werden gebouwd, o.a. de beroemde Hagia Sophia te Constantinopel. Ten gevolge hiervan en van de vele oorlogen werden de belastingen steeds hoger. Zijn wereldhistorische betekenis dankt Justinianus aan de codificatie van het Romeinse recht, toe te schrijven aan de hem eigen romantisch-antiquarische restauratieve negingen (z corpus iuris).

Bibl.: Drei dogmatische Schriften J.s, hrsg. v. E. Schwartz (München 1939, Abh. d. Bayer. Ak. der Wiss., Philos. hist. Abt., N.F. 18).

Lit.: W. G. Holmes, The Age of J. and Th. (2 dln, 1912); Ch. Diehl, Justinien et la civilisation byzantine (1901); E. Grupe, Kaiser J. (1923); G. B.

Baker, J. (1932); J. B. Bury, History of the Later Roman Empire (2 dln, 1923) thans vooral E. Stein, Hist. du Bas-Empire, II (1949).

Justinianus II

(669 - Constantinopel 10 Dec. 711) volgde in 685 zijn vader Constantinus IV op, werd in 695 ten val gebracht, verminkt (vandaar zijn bijnaam Rhinotmetos = met afgesneden neus) en verbannen. In 705 kwam hij, geholpen door de Bulgaren, weer aan de regering. Op wrede wijze nam hij wraak op zijn vijanden, doch werd reeds in 711 bij een nieuwe opstand gedood. Met hem stierf het geslacht van Herakleios uit.

< >