Kanunnik, Belgisch sociaal leider (Schaarbeek 18 Nov. 1882), studeerde te Leuven in de politieke en sociale wetenschappen, werd in 1907 leraar aan het Klein Seminarie te Neder-Waver en, in 1912, onderpastoor te Laken waar hij zich bemoeide met de opleiding van jonge arbeidsters en arbeiders. In 1915 tot bestuurder van de maatschappelijke werken voor het arrondissement Brussel aangesteld, stichtte hij de beweging van de K(atholieke) A(rbeiders) J(eugd), een organisatie die tegelijk is een opleidingsschool, een dienst en een vertegenwoordigend lichaam voor en van jonge arbeiders die naar verbetering van hun geestelijke en tijdelijke belangen streven.
In 1925 organiseerde hij de Landsbond der K.A.J. (Kajotters) met Vlaamse en Waalse meisjes- en jongensbonden. In 1935 breidde de beweging zich uit tot het buitenland. In 1946 had een internationale studieweek plaats te Brussel en te San José (Costa Rica), in 1947 te Montreal. De centrale der beweging is gevestigd Poincarélaan 78 te Brussel.
Er zijn 90 000 leden bij aangesloten.Bibl.: Handboek der K.A.J. (1927); Het zedelijk leven en de jonge arbeiders (1930); De verovering van het arbeidersmidden (1930); De verovering van den vrijen tijd (1931); De K.A.J. en de verstandelijke en zedelijke nood der jonge arbeiders (1932); Statuut der arbeidersjeugd (1945).