schijnt een Frans-Normandisch dichter uit de eerste helft der 13de eeuw te zijn geweest, aan wie men een groot aantal meest godsdienstige werken toeschrijft; het is mogelijk dat wij hier met meer dan één dichter van deze naam te doen hebben. Van hem zijn bekend de Joies de Notre Dame, een gedicht van zedekundige aard, de Bestiaire divin, waarvoor hij de stof uit de Physiologus putte (de eigenschappen der dieren worden in Christelijke zin moraliserend verklaard).
Verder schreef hij Le Besant de Dieu, waarin het door God aan de mens gegeven talent uit de gelijkenis van Matth. 25 : 14 wordt behandeld, en Les trois moz: waarin de drie verderfelijke zaken rook (= hoogmoed), regen (= hebzucht) en een boze vrouw (= vleselijke lusten) ter sprake komen. Ook worden hem toegeschreven een nog onuitgegeven leven van de H. Tobias en een roman Fergus et Galiene.Bibl. Uitgaven van Le Besant de Dieu door E. Martin (Halle 1869) ; Bestiaire door R. Reinsch (1890); Joies de Notre Dame en Les trois moz door Idem (in Ztschr. für roman. Philologie III, 1879).
