(Frans: Grammont) is een stad in Oostvlaanderen, aan de Dender, tegen de Oudenberg aan, op leem-en zandbodem (191 ha). Landbouw, lucifersfabrieken, textiel-, meubel-, chemische en tabakindustrie.
Inw. (1948) 11 283. Gesticht in 1068-1070 door Boudewijn VI van Vlaanderen en Henegouwen, bloeiend in de tijd van de gemeenten, werd de stad belegerd en platgebrand in 1381, zwaar gehavend in 1578 tijdens de godsdiensttroebelen; de muren werden herhaaldelijk geslecht gedurende de oorlogen tussen Vlaanderen, Henegouwen en Brabant, en bepaaldelijk in 1690 gedurende de oorlogen met Frankrijk. Het St-Adrianuskasteel is de abtswoning (18de eeuw), overblijfsel van een Benedictijner abdij gesticht in 1081 en opgeheven onder het Frans bewind. In de wijk Hunnegem bestond een priorij van Benedictinessen, vermeld sedert 1068; de tegenwoordige gebouwen dateren uit de 17de eeuw.
De St-Bartholomeuskerk, uit de 15de eeuw, maar belangrijk verbouwd in 1617, bezit muurschilderingen, schilderijen, een fraaie preekstoel, oude kerkgewaden. Vlakbij, de Marbol, een I5de-eeuwse fontein. Gothisch stadhuis. Het O.
L. V.-hospitaal, gesticht ca 1100, bevat delen uit de 17de eeuw. Op de Oudenberg (nom), schoon panorama en een O. L.
V.-kapel (1724); druk bezocht bedevaartoord. Hier heeft ieder jaar, met Vastenavond, het slikken van levende visjes door de notabelen en de Krakelingenwerp naar de menigte plaats, en ’s avonds Tonnekenbrand, folkloristische gebruiken, waarvan oorsprong en betekenis in een ver verleden verloren gaan.LEO DE WACHTER
Lit.: D. de Portemont, Notice hist. sur la ville de Grammont (Gand 1870, 2 dln) ; V. Fris, Gesch. van G. (Gent 1911); M. de Meulemeester, Hist. du monastère des Bénédictines de Hunneghem (Bruges 1912); E. Soens, De abdij van St.-Adriaan te G. (Aalst 1914).