Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Georges bernanos

betekenis & definitie

Frans romancier en dichter (Parijs 20 Febr. 1888-NeuiJly 5 Juli 1948), opgeleid aan de Sorbonne en aan het Institut Catholique, neemt een bijzondere plaats in doordien hij in zijn boeken, met ongekende psychologische grondigheid, gevallen van katholiek mysticisme en van modern satanisme behandelt. Als romancier is hij de strijder, die de macht des duivels en de grootheid der heiligen bijzonderlijk in priestergestalten zichtbaar maakt; wien de burgerlijke zatheid en de lauwheid van de Christenen een gruwel zijn; die met satirieke of caricaturale portretten al datgene geselt, wat in zijn ogen scepticisme, indifferentisme jegens goed en kwaad, poging tot verzoening van het volgens het Evangelie onverzoenlijke is.

Door zijn diepe opvatting van het kwaad-als-zonde, als vrijwillige daad jegens God, is Bernanos stellig verwant met een Barbey d’Aurevilly, Hello, Léon Bloy, die hij ook als zijn meesters erkent, maar volstrekt en machtig origineel is zijn uitbeelding van de „satanische ziel” (menig criticus herinnerde hier aan Dostojewsky) tegenover de zuivere, priesterlijke zielen, mystiek geroepen om de zonden van anderen te toetsen. Reeds zijn eerste grote boek, Sous le soleil de Satan (Paris 1925), geboren uit een tragisch onweerstaanbare reactie op het gemakkelijk optimisme van de jaren na Wereldoorlog I, oogstte niet alleen enorm succes maar lokte al doctrinaire reserves van sommige R.K. critici uit; reserves welke ook zijn later werk, de genadeloos harde geest der „Action Française” ademende (waartoe Bernanos behoorde), zoals Journal d’un Curé de campagne (1936), niet bespaard bleven. Geweldig opzien maakte dan ook het feit, dat deze extreem „rechtse” auteur in 1938 met Les grands cimetières sous la lune woedend partij koos tegen Franco in Spanje. De man, die zo fel getoornd had tegen het „dezerzijds pasklaar maken van het Christendom”, streed in Wereldoorlog II uit de ballingschap in Brazilië voor Frankrijks waardigheid en zending in de wereld.MR H. VAN DEN BERGH

Bibl.: Sous le soleil de Satan (1925); L’Imposture (1927)» Madame Dargent (1928); Une Nuit (1928); La Joie (1929, een lang gedicht in R.K. geest, met de Prix Fémina bekroond) ; La grande peur des bien-pensants (1931); Journal d’un curé de campagne (1936, romanprijs der Acad. Franç. 1936); Les grands cimetières sous la lune (1938); Lettres aux Anglais (ig40-*42); The Open Mind (1943); Plea for Liberty (1946); La France contre les robots (1947).

Lit.: A. Rousseux, G. B., in Revue universelle 1929; K. Pfleger, Aufstieg ins Mysterium, in Ztschr. Hochland (i937)î Luc. Estang, Présence de Bernanos (1947).

< >