noemt men in tegenstelling met Creationisme de theorie, volgens welke de ziel van de mens ontstaat uit de substantie der ouders. Dit wordt op tweeërlei wijze verklaard.
Sommigen verdedigen, dat de ziel werd voortgebracht door de kracht van het stoffelijke levenszaad, ongeveer zoals de dierenziel. Deze theorie noemt men het lichamelijke traducianisme. Volgens anderen zou de ziel van het kind onmiddellijk voortkomen uit de ziel der ouders: dat is het geestelijk traducianisme of eigenlijke generatianisme. De theorie van het generatianisme werd het eerst voorgesteld door Tertullianus, om aldus de gnostieke distinctie tussen hylici, psychici en neumatici te bestrijden. Augustinus weifelt: het creatianisme lijkt hem meer in overeenstemming met de geestelijke natuur der mensenziel; de leer der erfzonde schijnt hem makkelijker verklaarbaar in de opvatting van het geestelijk traducianisme. Een definitieve uitspraak vindt men bij hem niet.
Volgens zekere, hoewel niet strikt gedefinieerde, katholieke leer, wordt de ziel van iedere mens onmiddellijk door God uit het niet geschapen en heeft zij geen vóórbestaan vóór haar vereniging met het lichaam (z prae-existentianisme).Lit.: A. Konermann, Die Lehre von der Entstehung der Menschenseelen in der christl. Literatur bis zum Konzil von Nizäa (Münster 1915).