Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

FISCAAL

betekenis & definitie

als bijv. nw. afgeleid van het Latijnse fiscalis, d.w.z. op de fiscus (belastingdienst) betrekking hebbende, komt als zelfstandig naamwoord sinds lang voor als titel of daaraan toegevoegd om verschillende vervolge: de ambtenaren aan te duiden, die we thans samenvatten onder het begrip Openbaar Ministerie*.

In het Oudhollandse recht was de fiscaal, ook wel Advocaat-Fiscaal genoemd, een ambtenaar bij het vroegere Hof van Holland en bij andere gerechtshoven, wiens werkzaamheden te vergelijken zijn met die van de tegenwoordige procureur-generaal. Daarnaast kende men een Fiscaal van de Generaliteit, die tegelijk als zodanig bij de hoge Krijgsraad werkzaam was.

Met functies van enigszins ander karakter was de fiscaal belast bij het college van Gecommitteerde Raden van de Staten van Holland en West-Friesland. Daar had het werk betrekking tot de zaken, rakende de Gemeenelandsmiddelen. De Fiscalen bij de verschillende Admiraliteits-Collegiën waren ambtenaren, die de rechten van de Souverein, in de colleges waarbij zij aangesteld waren, moesten handhaven en hadden daarin zitting met een praeadviserende stem, waarom zij ook wel „advocaat” of „raad” genoemd werden.

Ook thans nog treft men een fiscaal aan bij de krijgsraden der Marine (Regtspl. Zeemacht, artt. 131, 138, 242-257) (zie hierna), terwijl de Provisionele Instructie voor het Hoog Militair Gerechtshof (art. 2 en Hfdst. IV) spreekt over de advocaat-fiscaal voor de Landen Zeemacht en diens bevoegdheden regelt. Als vertegenwoordiger van het Openbaar Ministerie bij het Hoog Militair Gerechtshof te ’s-Gravenhage treedt de Procureur-Generaal van het gewone burgerlijke gerechtshof op als advocaat-fiscaal. De bijz. wetgeving na 1944 schonk, de titel weer aan anderen.

Aan het hoofd van de parketten bij de Bijzondere Raad van Cassatie en bij de Bijzondere Gerechtshoven stonden de Procureur-Fiscaal en naast hem Advocaten-Fiscaal als vervolgende ambtenaren (Besluit Buitengew. Strafrecht, artt. 2 en 17 Besluit Bijz. Gerechtshoven), terwijl krachtens het Besluit Politieke Delinquenten 1945 (artt. 3-5) officieren-fiscaal konden worden aangesteld voor de vervolging van politieke delinquenten, als ambtenaren ondergeschikt aan de Procureur Fiscaal.

MR DR J. WIJNVELDT ✝

Bij de Koninklijke Marine is fiscaal de benaming van de openbare aanklager bij een krijgsraad, welke functionaris een zelfde taak heeft als de auditeur-militair bij een krijgsraad bij de Landmacht. Zijn werkzaamheden zijn geregeld in de Regtspleging bij de Zeemagt, besluit van de Souvereine Vorst van 20 Juli 1814 (Stbl. nr 85). Bij de Zeekrijgsraad binnen het Rijk in Europa wordt de fiscaal op gemeenschappelijke voordracht van de ministers van Justitie en van Marine door de Koning benoemd en, al dan niet op eigen verzoek, ontslagen. Hij moet minstens dertig jaar oud zijn en de graad van doctor in de rechtswetenschap of in de rechtsgeleerdheid of de hoedanigheid van meester in de rechten bezitten. Ook een officier kan tot fiscaal worden benoemd, hetgeen in de laatste jaren zelfs regel is geweest. Een niet-militaire fiscaal draagt ter terechtzitting hetzelfde costuum (toga en muts) als een officier van justitie. Bij een Krijgsraad buiten Europa bij een vloot, eskader of minder smaldeel wordt de fiscaal benoemd door de Commanderende Officier uit de onder diens bevelen dienende officieren van administratie, en wel hetzij voor tenminste één jaar. hetzij voor een vaste termijn van kortere duur, hetzij voor de duur van de reis. Bij een Krijgsraad aan boord van een schip hetwelk zich alléén bevindt buiten het Rijk in Europa benoemt de Commanderende Officier van dat schip voor gelijke termijn tot fiscaal een der onder zijn bevelen dienende officieren van administratie of, bij ontstentenis van zodanig officier, een ander officier. Mede in verband met de benoembaarheid van de officieren van administratie tot fiscaal ontvangen de adelborsten voor de administratie een uitgebreide juridische opleiding, z advocaat-fiscaal, krijgsraad en militaire rechtspleging.

LUIT.KOL. MR H. H. A. DE GRAAF]

In Suriname werd het ambt van fiscaal ingesteld, toen de kolonie in bezit kwam van de WestIndische Compagnie. De fiscaal moest „nauwkeurig letten, dat de bevelen van de Gouverneur, waaronder mede de generale Articul Brief van de W. I. Compagnie werd verstaan begrepen te zijn, werden in acht genomen”. Verder was hij „verplicht ’t Recht van de Hooge Overheid alomme waar te nemen”. Thans is Gran-Fiskari (groot-fiscaal) de Neger Engelse benaming voor Procureur-Generaal.

R. D. SIMONS

< >