Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

EMANCIPATIE

betekenis & definitie

afkomstig van het Latijnse woord emancipatio (uit de hand (macht) lating, bevrijding), betekende bij de oude Romeinen het ontslaan uit de vaderlijke macht van een kind, dat daardoor sui juris, d.w.z. zelfstandig werd. Vandaar later in het algemeen de vrijmaking van een persoon uit een toestand van afhankelijkheid.

In deze laatste, algemene betekenis wordt het woord emancipatie in de tegenwoordige tijd veelvuldig gebruikt. Zo spreekt men van de emancipatie van de vrouw om aan te duiden het meer en meer gelijk gerechtigd worden van de vrouwen met de mannen, zowel in het huwelijk als in het maatschappelijk en staatkundig leven (z vrouwenbeweging) ; van de emancipatie van de Joden, als men bedoelt de opheffing van hun achterstelling in maatschappelijk en politiek opzicht en hun gelijkstelling met andere onderdanen van de staat in rechtspositie. Ook spreekt men over de opheffing van de slavernij als van de emancipatie van de slaven enz. Behalve van de emancipatie van personen spreekt men bijv. ook van de emancipatie van de Kerk met betrekking tot de Staat en van de emancipatie van de school met betrekking tot de kerkgenootschappen enz.Waar de Nederlandse wet spreekt van handlichting*, bezigt de Belgische wetgever de term emancipatie of ontvoogding om de plechtige akte of de gunst te noemen waardoor de minderjarige een zekere juridische bevoegdheid verwerft. Hij kent naast de wettelijke emancipatie, die van rechtswege plaats grijpt door het huwelijk van de minderjarige (art. 476 B.W.), de vrijwillige, ten gevolge van een plechtige verklaring opgetekend door de vrederechter, bijgestaan door zijn griffier, en voor hem afgelegd hetzij door de vader, of de moeder bij gebreke van de vader, als het kind volle 15 jaar oud is, hetzij door de familieraad als het kind volle 18 jaar is (art. 477 en 478 B.W.).

Door de emancipatie wordt de minderjarige bevoegd, zijn persoon te besturen naar eigen goeddunken, buiten alle ouderlijke macht en voogdij om, en kan hij zelf zijn goederen besturen binnen de daden van louter beheer; voor de andere daden behoeft hij de hulp van een curator, in de regel door de familieraad benoemd. De emancipatie is zeer belangrijk om de minderjarige toe te laten zelfstandig handel te drijven; art. 4 van het Belgisch W.v.K. stelt in dit geval echter bijzondere voorwaarden: emancipatie; volle 18 jaar oud zijn; machtiging tot handeldrijven hebben van vader, moeder of eventueel van de familieraad; bekendmaking er van ter griffie van de koophandelsrechtbank. De tot handeldrijven gemachtigde minderjarige wordt, wat zijn handelsdaden betreft, als volkomen meerderjarig beschouwd (art. 487 en 1308 B.W.). De machtiging kan worden ingetrokken evenals de emancipatie zelf (art. 485 B.W.).

MR W. DELVA

< >