stad op 45°5' N.Br. en 48°8' O.L. v. Gr. in de autonome Social.
Sovjet-Rep. Daghestan, gelegen aan de Kaspische Zee en de spoorlijn Petrowsk-Bakoe, met (1926) 23.111 inw., was de hoofdstad van een gelijknamig chanaat, maar werd in 1806 bij het Russische Rijk ingelijfd. De door muren en talrijke tuinen omgeven stad ligt tegen een sterk beboste berghelling en wordt beheerst door een hooggelegen citadel. De in de omgeving liggende kwartszanden en het in de bodem aanwezige aardgas worden aangewend voor het vervaardigen van glas. In de nabijheid van de stad is een gedenkteken opgericht voor de 40 helden (Kirk-Lar), die in de strijd tegen de Arabieren bij de verovering van Daghestan sneuvelden. Tevens ligt hier de Sedd-Eskender (of Muur van Alexander), een 9 m hoge en 3 m dikke muur, die zich oorspronkelijk over een afstand van 150 km over bergen en dalen uitstrekte en Perzië tegen de invallen van de noordelijke volken moest beveiligen. Over de tijd van aanleg is men het niet eens. Als stichter wordt wel genoemd Alexander de Grote.H. A. BOMER
Lit.: W. Barthold in de Enzyklopaedie des Islam I (1913).
