(Hr. Ms.
Abraham Crijnssen), is een te Schiedam gebouwde mijnenveger; in dienst gesteld 26 Mei 1937, bewapend met 1 kanon van 7,5 cm en 4 mitrailleurs van 12,7 mm, waterverplaatsing 460 ton. Het schip verwierf bekendheid door een koene, weloverlegde poging tot ontsnapping, dwars door de Japanse blokkadevloot.Bij het uitbreken van de oorlog met Japan bevond het zich in Nederlands-Indië, waar het dienst deed als escorte-vaartuig. Vlak voor de capitulatie van Java kreeg het opdracht naar Australië uit te wijken. In plaats van de kortste weg naar zee te kiezen, waar het zeker door de vijand zou zijn opgevangen, koos het een lange route door de Archipel, ’s nachts varende en overdag verscholen in een baai, gecamoufleerd met verf, boomtakken en groen. In Australië werd Hr.
Ms. „Crijnssen” tijdelijk aan de Royal Australian Navy afgestaan, doch werd in Mei 1943 weer door de Koninklijke Marine overgenomen. Ze verricht sinds de Japanse capitulatie patrouillediensten in Indonesië.
