of Saamgesteldbloemigen (zie plaat) is de naam van een plantenfamilie uit de sympetale orde der Aggregaten, met haar ca 14 000 soorten tevens de grootste plantenfamilie, het l/10 deel vertegenwoordigend van het Phanerogamenkleed onzer aarde. De bloeiwijze is hier een hoofdje, d.w.z. de bloemen zijn ongesteeld op een in de breedte uitgegroeide hoofdas ingeplant en door een gemeenschappelijk omwindsel omgeven, zodat zij te zamen op één bloem gelijken.
De bloembodem kan naakt zijn of geschubd en is in dit laatste geval bezet met zgn. stroschubben, die men als schutblaadjes der afzonderlijke bloempjes moet beschouwen. De bloempjes zijn twee- of éénsiachtig of geslachtsloos. Het vruchtbeginsel is onderstandig en brengt een kleine, éénzadige vrucht, een zgn. achaenium, voort. De bovenstandige kelk, uit borstels of haren samengesteld, vormt later het vruchtpluis.
De bloemkroon is buis-, trechter- of klokvormig met een 5-tandige of 5-spletige zoom, dan wel tweelippig of lintvormig. Men spreekt dan ook van buisbloemen en lintbloemen en verdeelt de Composieten in 2 onderfamilies, de Tubulifloren, waarbij ten minste een schijf van buisbloemen in het hoofdje aanwezig is, en de Ligulifloren, waarbij het hoofdje uitsluitend uit lintbloemen bestaat, zoals bij de paardenbloem. Alle 2-slachtige en mannelijke bloemen hebben 5, op de bloemkroon bevestigde meeldraden, welker helmknopjes tot een holle cylinder zijn verbonden (saamhelmig). Op het vruchtbeginsel der 2-slachtige en vrouwelijke bloemen verheft zich een lange, draadvormige stijl, die bij eerstgenoemde door die cylinder gaat en met een dubbele stempel is gekroond.
Intussen zijn die beide stempels ook wel tot een rolrond lichaam samengegroeid, zoals bij vele distels. De Saamgesteldbloemigen behoren meestal tot de kruiden, doch men vindt daaronder ook heesters en in de keerkringslanden zelfs bomen. Zij zijn over de gehele aarde verspreid. Onder de bekende soorten heeft men weinig bruikbare, maar ook weinig vergiftige planten.
Tot de eerste behoren enige voedingsgewassen, zoals de salade, de artisjok, de andijvie, de cichorei, de schorseneer, enige voor de nijverheid belangrijke, zoals de zonnebloem, uit welker zaad olie verkregen wordt, enige geneeskrachtige planten, zoals de kamille, de bijvoet, de Arnica enz. Daarentegen omvat deze familie een menigte sierplanten, waaronder asters, dahlia's, chrysanthemums, goudsbloemen en Afrikaantjes algemeen bekend zijn.