(1) (officiële afkorting Colo.), is een van de westelijke staten der V.S. De naam is afkomstig van het Spaanse woord voor „rood”, de bijnaam voor Colorado is „Centennial State”, het motto Nil Sine Numine (Niets Zonder het Opperwezen), de symbool-bloem is de Rocky Mountain Colombine (een violet).
Colorado heeft een oppervlakte van 269 214 km2 en telde in 1940 1 120 000 inw. Ca 1 pct van de bevolking bestaat uit Negers. De staat is verdeeld in 63 counties; de hoofdstad is Denver (1940: 322412, Groot Denver 384372 inw.). Colorado grenst in het N. aan Nebraska en Wyoming, in het O. aan Kansas en Nebraska, in het Z. aan New Mexico en Oklahoma en in het W. aan Utah.
Topografisch vertonen de verschillende delen van de staat opmerkelijke verschillen. Het hoogteverschil tussen laagste en hoogste punt van het grondgebied bedraagt meer dan 3000 m. Bestaat Oost-Colorado uit het westelijk deel der grote vlakten, welke een voortzetting zijn van de Kansas-prairies, het overige deel van de staat (2/3 van de totale oppervlakte) vormt daarentegen een deel van de Rocky Mountains. Dit gebergte, gemiddeld 2400-3000 m hoog, valt hier te onderscheiden in twee ketens: de oostelijke Medicine Bow Range, een keten die zich tot in Wyoming uitstrekt, en de Front Range, een gebergte, dat de vroegste emigranten grote moeilijkheden in de weg legde; anderzijds de westelijke ketens, t.w. de Park Range en Sawatch Range, beide een voortzetting van de Mexicaanse Sierra Madre.
Op verschillende plaatsen worden deze ketens door spoorwegen doorsneden. Door bergketens omsloten zijn een aantal vlakten, parks genaamd, waarvan de voornaamste San Luis Park, South Park, Middle Park en North Park zijn. De rivieren in Colorado stromen gedeeltelijk oostwaarts naar de Missouri (South Platte en Arkansas), gedeeltelijk zuidwaarts naar de Golf van Mexico (Rio Grande del Norte), gedeeltelijk westwaarts naar de Colorado (Yampa, White, Dolores en San Juan).Het klimaat van Colorado is over het algemeen droog en gezond en in het bijzonder in de parken treft men dan ook vele sanatoria voor t.b.c.-lijders aan. Gedurende de zomer heeft men gemeenlijk hete dagen, doch koele nachten. De winter is mild, eventuele vorstperioden zijn kort, de sneeuwval, behalve in het gebergte, is gering. De gem.
Jan.-temp. is te Denver 32 gr. F.; te Grand Junction 25 gr. F. De gem.
Juli-temp. voor deze plaatsen resp. 72,5 en 77,9 gr. F.; de gem. maxima resp. 105 en 105 gr. F., gem. minima resp. —29 en —21 gr. F., de lengte der gem. groeiseizoenen resp. 171 en 191 dagen, de gem. jaarl. neerslag resp. 35 en 22 cm.
De landbouw is, mede dank zij het systeem van dry-farming, van betekenis. Waar mogelijk maakt men van irrigatie gebruik, op welk gebied Colorado veel gepresteerd heeft; de bevloeide oppervlakte neemt nog gestadig toe. Tarwe, maïs, gerst, haver en rogge, voorts aardappelen en fruit zijn de voornaamste producten. Ook de veeteelt is niet zonder belang.
Hoewel minder belangrijk dan de landbouw, is de mijnbouw toch van grote betekenis. De productie van goud, steenkool (1940: 7 millioen ton), wolfram, zilver, lood, koper, uranium en petroleum moet in het bijzonder vermeld worden. Talrijke mijngebieden zijn echter reeds uitgeput, waarvan „spookstadjes”, door de bevolking geheel of hoofdzakelijk verlaten, getuigen. De nijverheid ontwikkelt zich gunstig.
De totale lengte van het spoorwegnet bedraagt 7700 km.
Colorado heeft een aantal instellingen voor hoger onderwijs, t.w. de staatsuniversiteit te Boulder, de University of Denver te Denver, Colorado College te Colorado Springs, terwijl te Golden een School of Mines gevestigd is. Voorts moet melding gemaakt worden van Mesa Verde National Park, in Z.W.-Colorado (Montezuma County), welk gebied vooral bekend staat om de ruïnes van de woningen en dorpen van de oude rotsbewoners. Het Rocky Mountain National Park ligt in het hart van de Rockies (Larimer, Boulder en Grand Counties) en omvat enige der schoonste en schilderachtigste delen van het gebergte. Colorado, reeds in 1540 door volgelingen van Vasquez Coronado en de Soto bereisd, is later door Pike (1806), Long (1820) en Fiemont (1842) geëxploreerd.
Vóór de ontdekking van de goudvelden (1858) woonden er slechts weinig blanken. Colorado werd in 1861 een territorium, 1 Aug. 1876 een staat van de Unie.
PROF. DR A. N.J. DEN HOLLANDER
Lit.: J. H. Baker en U. Le Roy Haven, History of Colorado (Denver 1927); R.
Le Roy Haven, The Story of a Western Commonwealth (Denver 1933); R. L. Duffus, The-Santa Fé Trail (London-New York 1930); Idem, Ghost Towns of Colorado (American Guide Series, 1947).
(2) ook wel Westelijke Colorado, is de belangrijkste rivier van het zuidelijk Rotsgebergte. Zij ontstaat uit de vereniging van Green en Grand Rivers (bronnen in Windriver Mountains en Sawatchgebergte), stroomt in westelijke richting, doorbreekt het Colorado Plateau (z Grand Canon) en mondt ten slotte in de Golf van Californië uit. De rivier heeft een totale lengte van ruim 2900 km en is voor stoomboten tot Calville (Nevada) bevaarbaar. Een afdeling van Coronado aanschouwde de rivier reeds in 1540, terwijl de onderzoekingen van Ives (1858) en Powell (1869) verdere opheldering verschaften.
Dutton maakte in 1875 een geologische studie van de Grand Canon. Door de bouw van de Boulder Dam is de Colorado van groot economisch belang geworden.
Lit.: J. L. Nelson, The Colorado, Desert River (Rivers of America Series; N.Y. 1939); Frank Waters, The Colorado (N.Y. 1946).
(3), rivier in de staat Texas (V.S.), met een totale lengte van 1400 km. De benedenloop van deze rivier, die uitmondt in de Matagorda-Baai, is tot Austin bevaarbaar.