Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

DENVER

betekenis & definitie

hoofdstad van de staat Colorado (V.S.), in Arapahoe County, aan de monding van de Cherry Creek, 19 km van het Rotsgebergte, was oorspronkelijk een nederzetting van gouddelvers. Vooral na de aanleg van de grote spoorwegen ontwikkelde de stad, welke genoemd is naar Generaal James W.

Denver, een vroeger gouverneur van Kansas, zich tot het centrum van een belangrijk mijngebied. Denver heeft enige metaalindustrie (spoorwegwagons en -materieel, machines, o.a. voor de mijnbouw), telt vele slachterijen en vleesconservenfabrieken en is een van de belangrijkste veemarkten van de V.S. De stad is een knooppunt van landen luchtverkeer en is het grote commerciële, financiële en ontspanningscentrum van het Amerikaanse Westen, nl. van het gebied dat in het N. door Canada, in het Z. door Mexico, in het O. door de Mississippi en in het W. door de Oceaankust begrensd wordt. Het gebied rondom Denver heeft een niet onbelangrijke kolenwinning. De stad telt vele banken, is de zetel van vele mijnbouwmaatschappijen. Denver heeft een gemiddelde Jan.-temperatuur van 32 gr. F., een gemiddelde Juli-temperatuur van 72,5 gr. F.; de gemiddelde jaarlijkse neerslag bedraagt 350 mm.De in Denver gevestigde University of Denver telde in 1945/’46: 8119 studenten en 750 academische docenten; er is een sterrenwacht. Bevolking (1940): 322.412 inw. (Groot Denver 384.372).

PROF. DR A. N. J. DEN HOLLANDER

Lit.: G. S. Perry, Cities of America (N.Y. 1947).

< >