is een Zeeuwse gemeente in het O. van het eiland Schouwen-Duiveland. Het omvat drie polders, beslaat een oppervlakte van 856 ha en telt (1946) 1748 Prot inw.
De bodem bestaat uit klei, waarvan ruim 3/4 bouwland. Landbouw is hoofdmiddel van bestaan. Tarwe, aardappelen, erwten, bonen en vlas zijn de voornaamste producten. Daarnaast visserij (oesters, mosselen en garnalen) en binnenscheepvaart.In 1452 verkreeg Adriaan van Borselen van graaf Philips I octrooi om het uit schorren bestaande Bruinisse te bedijken. De Bruinisserpolder was echter pas in 1467 bedijkt; met nieuwe inpolderingen werd de gemeente vergroot in 1621. Zij omvat het dorp Bruinisse en het gehucht Zijpe. In eerstgenoemde plaats landden in 1575 de Spanjaarden na het Keeten doorwaad te hebben.
Zijpe is het beginpunt van de stoomtram naar Brouwershaven en door veerboten verbonden met Anna Jacobapolder op St Philipsland en Numansdorp in de Hoeksche Waard.