bestaat uit hoekige brokstukken van beenderen en tanden van gewervelde dieren, die door een ijzerhoudend of kalkachtig bindmiddel zijn samengevoegd. De beenderen zijn afkomstig van voorwereldlijke verscheurende dieren (katten, hyena’s, beren), knaagdieren (muizen), herkauwende dieren (herten, schapen, antilopen, runderen), dikhuidige dieren, vogels, schildpadden, hagedisachtige dieren, vissen enz.
Zulke brecciën vindt men veelal in loodrechte kloven van kalksteen of dolomiet. Ook bedekken zij de bodem van sommige grotten en vormen banken tussen andere lagen, zoals het bone bed,bestaande uit visresten in de Ludlow-formatie van het siluur in Engeland.