is een monomineraal gesteente, dat uit talloze kristallen van calciet, CaC03, bestaat. De kleur van zuivere kalksteen is wit.
Door bijmenging van andere stoffen is kalksteen echter dikwijls gekleurd; geel, rood en bruin zijn gewoonlijk door ijzerverbindingen veroorzaakt, zwart door bijmenging van bitumineuze stoffen (z bitumen). Een groot gedeelte der kalkstenen is afkomstig van resten van zeedieren, die kalk afscheiden, bijv. schelpen, koralen, foraminiferen enz. Dikwijls is dit aan de kalksteen te zien, omdat resten van schalen en skeletdelen nog in het gesteente herkenbaar zijn (schelpkalksteen, koraalkalksteen, bryozoënkalksteen). Veelal waren die dierlijke resten gedurende het leven in de vorm van aragoniet aanwezig, maar in kalksteen zijn zij steeds in calciet veranderd. Schrijf krijt is een zachte, poreuze kalksteen, die uit schalen van foraminiferen en stukjes van bryozoën, schelpen, koralen, zeeëgels enz. is opgebouwd. De krijttuf van de St Pietersberg is een grover mengsel uit soortgelijke organische resten. Vaak is in kalksteen niets meer van fossielen te zien.
Hiertoe behoren de dichte kalksteensoorten en marmer. Ook dichte kalksteen is vermoedelijk uit kalkresten van organismen ontstaan. Misschien zijn sommige dichte kalkstenen door toedoen van kalkafscheidende bacteriën gevormd, terwijl het ook mogelijk is, dat calciumcarbonaat direct uit water neerslaat en dus het gesteente in sommige gevallen een scheikundige neerslag vormt. Tot de zeer fijnkorrelige, dichte kalkstenen behoort de lithografische kalksteen, die een zeer gelijkmatige hardheid en opslorpingsvermogen voor vloeistoffen bezit. De beste soorten komen van Solnhofen in Beieren, waar zij uit de lagen van de bovenste Malm stammen. Zij zijn grijsblauw of lichtgeel van kleur. Marmer is een kalksteen, die een herkristallisatie ondergaan heeft ten gevolge van druk in combinatie met verhitting. Contactmetamorfose kan kalksteen in marmer veranderen.
Het marmer van Carrara is tamelijk fijn van korrel en de calcietkristallen grijpen min of meer tandvormig in elkaar. Het Griekse marmer is veel grover van korrel. Naast witte marmersoorten bestaan er gekleurde, geaderde en breccieuze (z breccie). Kalksinter of travertijn is uit bronwater afgezet, dat calciumbicarbonaat in oplossing bevat. Variëteiten, die afwisselend geel en bruin gekleurd zijn, worden soms onyxmarmer of onyx genoemd. De laatste naam is misleidend; de echte onyx bestaat uit kiezelzuur. Ten slotte moet nog genoemd worden de oölitische kalksteen, die uit calcietbolletjes bestaat, die een radiaire en soms tevens een concentrische structuur bezitten.
Oölieten zijn vermoedelijk eerst in colloïdale toestand gevormd en later in de kristallijne toestand overgegaan. De erwtensteen is een der variëteiten van oöliet en is in bronwater ontstaan. Er bestaan echter ook dikke kalksteenlagen, die oölitisch zijn en die kuitsteen (Duits: „Rogenstein”) genoemd worden.PROF. DR B. G. ESCHER.