Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Balanophoraceeën

betekenis & definitie

is de naam van een tweezaadlobbige plantenfamilie. Zij omvat vlezige kruiden, zonder bladgroen, dikwijls rood- of geelachtig gekleurd, welke als woekergewassen op de wortels van andere planten leven.

Uit de wortelstok komen de bloeiwijzen te voorschijn. De kleine bloemen zijn op een vlezige spil tot een bloeikolf verenigd en zijn één -of tweehuizig. De droge, niet openspringende vruchten zijn vaak aaneengegroeid. Het zaad bevat een zeer kleine kiem. Deze familie telt veertien geslachten en behoort nagenoeg uitsluitend thuis in de keerkringsgewesten. Slechts één geslacht, Cynomorium, komt buiten de tropen voor. Van de Balanophora globosa, die op Java voorkomt, kent men alleen vrouwelijke planten, die echter zonder bevruchting kiemkrachtige zaden leveren.Van het geslacht Cynomorium is slechts één soort bekend, nl. C. coccineum L., die op Malta, Sicilië, Sardinië, in het Z. van Spanje en in het N. van Afrika thuis hoort en er als woekerplant op de wortels van Myrten, Tamariks enz., gevonden wordt. Het is een bladerloze, bloedrode plant van knotsvormige gedaante, aan de top van schubbetjes en onvolkomen mannelijke en vrouwelijke bloemen voorzien, terwijl uit het vruchtbeginsel

een éénzadig nootje ontstaat. Tegenwoordig rekent men de plant ook wel tot een afzonderlijke familie, nl. die der Cynomoriaceeën, omdat zij van de Balanophoraceeën afwijkt door de bouw van het rhizoom, door het bezit van een integument enz.

< >