of Baguirmi is een voormalige Afrikaanse staat ten O. van het Tsaadmeer in Frans Aequatoriaal Afrika. De bewoners zijn gedeeltelijk Mohammedanen, gedeeltelijk heidenen, zeer krijgszuchtig en bekend als uitstekende ruiters.
Verder zijn zij bekwaam als wevers, ververs en in het bereiden van leer. Het aantal inwoners werd, vóór de oorlogen met Wadaï* en Bornoe*, geschat op I-I i millioen.De regeringsvorm was een onbeperkte alleenheerschappij, evenals in de andere Haussa*-staten. Het leger was groot en bestond behalve uit grote infanterie-afdelingen, uit zeer gevreesde ruiterscharen. De hoofdstad was Massenja, nu een ruïne.
In het begin der 16de eeuw verloor het door Arabieren, Foelbe en een gemengde bevolking van deze beide componenten met negerbestanddelen bewoonde Bagirmi voor een gedeelte zijn gebied, deels werd het afhankelijk van Wadaï. Heidense vreemdelingen, uit het Oosten komend, trokken er vervolgens binnen en stichtten de stad Massenja. Zij maakten zich onafhankelijk van Wadaï en verhieven hun hoofdman in 1522 tot hun koning. Tegen het einde der 16de eeuw werd de Mohammedaanse godsdienst er algemeen ingevoerd en onder de volgende heersers breidde het gebied zich aanmerkelijk uit. Niettemin erkende het de souvereiniteit van Bornoe. In 1897 erkende koning Gaurang van Bagirmi het protectoraat van Frankrijk over zijn gebied.
Rabah van Bornoe verdreef hem echter en rukte tegen de Fransen op. Deze versloegen hem op 21 Oct. 1899 bij Kuno en bestormden zijn legerplaats te Kusseri op 22 Apr. 1900, waarbij Rabah gedood werd. Het land kwam nu definitief onder Franse heerschappij.
Lit.: E. Gentil, La chute de 1'Empire de Rabah (1902).