Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ANTITHESE

betekenis & definitie

(1 taalkunde) of tegenstelling, als stijlfiguur, bestaat daarin, dat men twee voorstellingen, die logisch tegenover elkaar staan, ook door haar plaats in de volzin tegenover elkaar stelt. Een voorbeeld vindt men in de regels van Staring:

Wordt eikenschors bij ’t pond gewogen,

Men weegt kaneel bij ’t lood.

(z stijlfiguren).

(2 filosofie) is in de leer van Hegel de tegenstelling, die zich met de stelling (these), waartegen zij zich keert, tot de hogere eenheid der synthese moet versmelten.

(3 politiek) is de door Dr A. Kuyper in de Nederlandse politiek gebrachte tegenstelling tussen orthodox-Christelijk en Rooms-Katholiek enerzijds en de modernen en niet-gelovigen anderzijds, of anders gezegd tussen gelovigen en paganisten. Terwijl de verbonden gelovigen „stoelen op één wortel des geloofs” en „in het Christelijke beginsel een richtsnoer zien ook van het staatkundig leven”, staan in deze gedachtengang daartegenover „de voorstanders van de mening, dat de godsdienst geen invloed mag hebben op de staatkundige beginselen”. Aldus werd in de plaats van de politieke groepering van behoudend tot uiterst links, een groepering geplaatst, die blijkens de vóór 1940 opgedane parlementaire ervaring niet tot een vruchtbare wetgeving kan leiden. Het is er evenwel ver van af, dat de partijen, die zeggen te stoelen op één wortel des geloofs, aan verschillende maatschappelijke vraagstukken eenzelfde oplossing geven, zoals bijv. aan het vraagstuk van de regeling der Zondagsheiliging, de Staatsloterij, de eedskwestie, de echtscheiding, de doodstraf, de arbeidswetgeving, de sociale verzekering.

Gedurende de bezetting vonden vele vroegere politieke tegenstanders elkaar in het verzet en streden Rooms-Katholiek en communist, antirevolutionnair, liberaal en sociaal-democraat ondergronds eendrachtig samen tegen den gemeenschappelijken vijand.

Na de bevrijding is, met name in de Nederlandse Volksbeweging een groots opgezette poging gedaan tot doorbreking van de antithese, welke echter in haar oorspronkelijke opzet niet geslaagd is, doch wel geleid heeft tot oprichting van de Partij van de Arbeid — waartoe behalve soc.- en vrijz.-democraten en zgn. politiek-daklozen ook een aantal Rooms-Katholieken — de zgn. Christofoorgroep — en Chr. Historischen zijn toegetreden.

< >