antimoon of stibium, symbool Sb, atoomnr 51, atoomgew. 121,76, sm.p. 630,5 gr. C., dichtheid 6,69, hardheid 3-3,5, komt in verschillende mineralen voor zoals Ag3SbS3 (roodguldigerts), in de vaalertsen, als senarmontiet Sb2O3, maar vooral in het grauwspiesglanserts of stibniet Sb2S3 dat in Hongarije, Frankrijk, Algiers, Mexico, Bolivia, Japan, maar vooral in China wordt aangetroffen.
Antimoonglans is één van de oudst bekende mineralen en diende den Egyptenaren reeds tot schmink. Het metaal wordt uitsluitend verkregen uit het grauwspiesglanserts. Door roosten, d.i. oxyderen door verhitting onder luchttoevoer, wordt hieruit het oxyde verkregen, dat vervolgens door middel van kool tot het metaal wordt gereduceerd. De zo verkregen antimonium regulus, in onderscheid met…(tekst ontbreekt).«v r
ANTINOMIE
(3 wiskunde). In de filosofie der wiskunde spelen de antinomieën, waartoe een onoordeelkundig gebruik van termen als „oneindig”, „niets”, „alle” e.d. aanleiding geeft, een belangrijke rol. Deze zijn in verschillende vormen gekleed, waaronder de antinomieën van Bertrand Russell wel de bekendste zijn.
Lit.: E. W. Beth, Inleiding tot de wijsbegeerte der wiskunde (Philos. Bibliotheek, Antwerpen-Brussel, Nijmegen-Utrecht 1940), Hfdst. X, waarbij verdere literatuur vermeld is.