Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-06-2022

Agama

betekenis & definitie

(op Java, uitgesproken agòmò, van sanskrit agama „overgeleverde leer, verzameling van traditionele leringen in een boek”), duidt in de Indische Archipel aan het geheel der zeden en gewoonten van een volk of bevolkingsgroep, die als nalatenschap der voorouders heilig zijnen waartegen men dus niet kan zondigen zonder zich hun toorn op de hals te halen. Anders dan adat is agama gaan betekenen godsdienst in de ruime zin des woords, waarin het geloof riten, ethiek, levensbeschouwing en een complex van zeden en gewoonten omvat, naast het Arabische woord 'ibadah, dat in verschillende streken van Nederlands-Indië in gebruik is voor godsdienst in engere zin (eredienst; handelingen, waardoor men zijn onderdanigheid ten opzichte van God te kennen geeft); zo spreekt men van agama hindoe, agama selam, agama kristen, Hindoeïsme, Islam, Christendom enz.

< >