humanist en historicus (Baarland, Zeeland 28 Sept. 1486 - Leuven 30 Nov. 1538), genoot van 1497 af bij den Gentsen schoolmeester Petrus Scotus eenverzorgdeklassieke opvoeding; kwam eind 1501 naar Leuven, alwaar hij in het College van het Varken studeerde en in 1505 de titel van magister (of doctor) artium behaalde. Hij volgde nog lessen in theologie, maar keerde zich weldra van de filosofie af om zich te wijden aan de studie der Latijnse auteurs.
Te Leuven deed hij zeer veel om het onderwijs te verbeteren: door het uitgeven van nieuwe handboeken en het opvoeren (naar het model van M. Dorpius) van Latijnse comedies, waarvoor hij zelf prologen schreef (eerste opvoering in 1514). Deze vonden bij geleerde vrienden als Martinus Dorpius, Joh. Despauterius, Hier. Busleiden e.a. grote waardering. Hij werd priester vóór 28 Apr. 1515.
In 1516 stelde hij een Catalogus op van de werken van Erasmus, met wien hij bevriend werd en die hem in 1517 de redactie van een verkorte schooluitgave van zijn Adagia (verschenen 1521) toe vertrouwde. Bij de stichting van het Collegium Trilingue werd Barlandus aangesteld tot professor in de Latijnse taal: de eerste les werd gehouden op 1 Sept. 1518. Ontevreden over de gebrekkige bezoldiging nam hij in Nov. 1519 ontslag.Hij wijdde zich opnieuw aan particulier onderricht en trad op als praeceptor van jonge edellieden (o.m. Charles de Croy), die in zijn huis te Leuven met hem samenwoonden. Op 21 Febr. 1526 werd Barlandus als opvolger van Joh. Paludanus aangesteld tot Rhetor Publicus; hij bleef deze leerstoel bekleden tot zijn dood.
Zijn werken zijn van filosofische, historische, paedagogische, zedekundige en letterkundige aard.
PROF. DR H. F. BOUCHERY
Bibliografie in: Bibliotheca Belgica, s.v.
Lit.: Biog. Nat. d. Belg. i, 718 vlgg.; F. Nève, Renaiss. d. Lettres en Belg. (1890) I, hfdst. VI:* A.
B. et autres humanistes des écoles de Louvain; E. Daxhelet, A. B., humaniste beige. Sa vie, son oeuvre, sa personnalité (Louvain 1938).
