is een door een bankinstelling aan een derde gedane mededeling, dat onder bepaalde in het accreditief genoemde voorwaarden uitbetaling zal plaats vinden van een nader genoemde som gelds. Het accreditief wordt voornamelijk gebruikt in het internationale handelsverkeer en heeft zich daarin vooral na de oorlog 1939-1945 een zeer belangrijke plaats veroverd.
Een exporteur, die zeker wil zijn dat de opbrengst van de door hem te leveren goederen door zijn overzeesen koper wordt betaald, kan van dezen de opening van een accreditief verlangen, bijv. onder conditie dat hij verschepingsdocumenten over de te leveren goederen tegen betaling van zijn factuurbedrag zal afgeven. De koper heeft in dat geval de zekerheid, dat er voor zijn rekening slechts betaald wordt wanneer de verscheping heeft plaats gevonden.Een accreditief kan zijn herroepelijk of onherroepelijk. Slechts in het laatste geval vindt natuurlijk de leverancier in het accreditief afdoende dekking. Men kent bij de onherroepelijke credieten nog een bijzondere soort, te weten de geconfirmeerde accreditieven. In die gevallen neemt de bank, die in het land van den begunstigde aan dezen laatste mededeling doet van een onherroepelijk accreditief, te zijnen gunste geopend door een bank in het land van den opdrachtgever, zelfstandig een betalingsverplichting op zich. Bij een geconfirmeerd accreditief zijn derhalve steeds twee banken betrokken, te weten één accreditiefopenende en één confirmerende.
Wanneer volgens de voorwaarden van een accreditief de uitbetaling plaats vindt tegen inlevering van verschepingsdocumenten spreekt men van een documentair accreditief. Vindt de uitbetaling zonder meer plaats zonder dat bepaalde documenten of bewijzen moeten worden geleverd, dan spreekt men van een „clean” accreditief.
Ook in het binnenlandse betalingsverkeer komt het accreditief voor, soms tegen bepaalde bewijsstukken inzake een geleverde prestatie, soms zonder overlegging van documenten. Wanneer bijv. een onderneming een filiaal elders in de gelegenheid wil stellen om wekelijks of maandelijks een bepaald bedrag maximaal op te nemen voor betaling van lonen etc., dan zal zij door haar bank in de plaats van vestiging van het filiaal aan de kas van een ter plaatse gevestigde bank een accreditief doen openen waarover dan door het filiaal kan worden gedisponeerd. Zulk een accreditief kan voor een bepaald bedrag zijn gesteld, terwijl na uitputting een nieuw accreditief wordt geopend. Het kan ook voor een bepaald bedrag per een zekere termijn worden gesteld. (In het laatste geval spreekt men van een „revolving” accreditief).
Bijzondere wettelijke bepalingen erover treft men zelden aan; in Nederland ontbreken zij. De verschillende betrekkingen worden contractueel geregeld, waarbij men veel gebruik maakt van verwijzingen naar allerlei reglementen, opgesteld door bankiersverenigingen; tegenwoordig ook veel voor een internationaal reglement. Zie E. M. Cahn, Het accreditief.
