is de naam van een machtig Moors geslacht, afkomstig uit Afrika, dat een belangrijke rol gespeeld heeft in de geschiedenis van het koninkrijk Granada in de loop van de 15de eeuw. Het woord Abencerraje is van Arabische oorsprong: Aben-as-Serrach, hetwelk zoon van den zadelmaker betekent.
De Abencerragen drongen zich nu eens op aan de emirs van Granada als een soort van pretoriaanse lijfwacht, dan weer ondersteunden zij verschillende overweldigers van de troon. De koningen van Granada, op hun beurt, namen wraak en ontdeden zich van hen wanneer zij daartoe in staat waren. De beste geschiedschrijvers stellen verschillende van de slachtingen die er onder de Abencerragen werden aangericht, op rekening van koning Abul-Hasan. Vele verhalen over hen en hun strijd met de cegries, die een van de oorzaken werd van de ondergang van het koninkrijk Granada, missen historische grond. Die verhalen danken hun populariteit aan de boeiende wijze waarop zij in de 16de eeuw te boek gesteld zijn door den Spaansen schrijver Gin és Pérez de Hita in dl i van zijn Historia de los vandos de los Zegries y Abencerrajes of Los Guerras civiles de Granada (1595), waaraan Chateaubriand Les Aventures du dernier Abencèrage ontleende, en Etienne de Jony zijn libretto voor een opera van Cherubini.
