Definities van Oosthoek encyclopedie in de Ensie S
- Scheidsmuur
- Scheidt (kaspar)
- Scheikunde
- Scheil (vincent)
- Scheiner (christoph)
- Scheiner (julius)
- Scheiwater
- Schelde
- Schelfhout (andreas)
- Schelgeleiding
- Schelk
- Schell (hermann)
- Schellak
- Schelling
- Schellingwoude
- Schellinkhout
- Schelluinen
- Schelmerij van den schipper
- Schelpkalk
- Scheltopusik
- Schelvisch
- Schelvisschen, schelvischachtigen of kabel- jauwachtigen
- Schemering
- Schemerzintuig
- Schemnitz
- Schendel
- Schending van geheimen
- Schenectady
- Schenkendorf
- Schenking
- Schennis der eerbaarheid
- Schepel
- Schepelingen
- Schependomsrecht
- Schepenen
- Schepenkenning
- Schepenkennis
- Schepenuitvoerwet
- Schepenvorderingswet
- Schepenwet
- Schepers
- Schepkaas
- Schepmelk
- Schepper
- Schepperij
- Scheproom
- Scheren
- Scherer
- Scheria
- Scherm
- Schermbeek
- Schermbloemigen
- Schermen
- Schermer of schermeer
- Schermerhorn
- Scherpbeslag
- Scherpenisse
- Scherpenzeel
- Scherpgras
- Scherpkruid
- Scherprechter
- Scherpte
- Scherzer
- Scherzo
- Scheuchzeria
- Scheurbuik
- Scheuren
- Scheurleer
- Scheurwet
- Scheurwortel
- Schiaparelli
- Schibbólet
- Schicht
- Schieboezem
- Schiebroek
- Schiedam
- Schiefer
- Schieferolie
- Schieman
- Schiemansgaren
- Schiereiland
- Schiermonnikoog
- Schiervlakte of peneplain
- Schierzand
- Schieten
- Schietkatoen
- Schietkatoendynamiet
- Schietlood
- Schietmotten of kokerjuffers
- Schietschool
- Schijfbeeld
- Schijfegge
- Schijnbare plaats (eener ster)
- Schijndel
- Schijndood
- Schijngestalten of phasen (sterrek.)
- Schijngrassen
- Schijnovereenkomst
- Schijnvrucht
- Schijtwortel