Definities van Woordenboek van Populair Taalgebruik in de Ensie O
- ongeleid projectiel
- ongelofeloos, ongeloofloos, onwaarschijnloos
- ongeluk (het)
- ongelukje
- ongeluksklep
- ongeluksvogel
- ongemak
- ongenode gast
- ongeoorloofde beïnvloeding
- ongeregeldheden
- ongesteld zijn
- ongewenst bezoek
- ongewenste intimiteiten
- ongi
- ongodin
- onguurling
- onheuzen
- onjuiste informatie verstrekken
- onk
- onkans
- onlusten
- onmeunig
- onmogelijk
- onnoembare misdaad (zonde)
- onnozel geboren, simpel gewiegd en niks bijgeleerd
- onprettige ervaring
- onregelmatigheid
- ons kennimus ons
- ons kent ons
- ons soort mensen
- onschadelijk maken
- onstrak
- ontaard
- ontbijtje
- ontdogen
- onteigenen
- ontembaren
- onterecht
- onterik
- ontgabberen
- ontgoogelen
- ontgroening
- ontgroensenaat
- onthaasting
- onthanen
- ontieg
- ontiegelijk
- ontkenningsapparaat
- ontkokeren
- ontkokering
- ontlaadstok
- ontlading
- ontlezing
- ontmanningsworst
- ontmoeten
- ontpieteren
- ontpimmen
- ontploffen
- ontplofte egel
- ontplofte mol
- ontspanningslijn
- ontspullen
- ontuchter
- ontvallen
- ontvangen worden als een hond met vlooien
- ontvanger
- ontvolgen
- ontvrienden
- ontzamelen
- onverenigbaarheid van karakters
- onwaarheden
- onweer in de broekpolder
- onwerelds
- onwezenlijk
- onwijs
- onze jongens
- onze man in ....
- onzen (de)
- onzigen (de)
- oogje
- oogjes dicht en snaveltjes toe
- oogneuken
- oogopener
- Ooi- en Ramsgat
- ooievaar
- ooievaarsbenen
- ooievaarsjong
- ooievaarskuitenvet
- ooievaarsreceptie
- ooievaarsstrengen
- ooievaarsverlof
- ooievaartje
- ook al goed
- oom
- oom agent
- oom Jan
- oom kool
- Oom Sam
- Oom Tom
- oomzeggertje