Duits germanist (Stuttgart 25 Mei 1863). Hij vestigde zich in 1888 te München als privaat-docent in de Duitse Philologie eh ging in 1895 als hoogleraar naar Rostock.
Van jongs af een geestdriftig bewonderaar van Richard Wagner, heeft hij tot verbreiding van diens kunst veel bijgedragen door zijn artikelen in de Bayreuther Blätter.Bibl.: Das Rolandslied des Pfaffen Konrad (1887); Die Sage von Tristan und Isolde (1887); Studien zur germanischen Sagengeschichte (1888); Geschichte der altdeutschen Literatur (1892); Handbuch der germanischen Mythologie (1895); Die sagengeschichtlichen Grundlagen der Ringdichtung Richard Wagners (1902); Richard Wagner an Mathilde Wesendonk. Tagebuchblätter und Briefe (1904); Bayreuth (1904); Briefe Richard Wagners an Otto Wesendonk; Tristan und Isolde in den Dichtungen des Mittelalters und der neuen Zeit (1907); Religion und Mythus der Germanen (1909); Die Gralsage bei Wolfram von Eschenbach (1910); Parzival und der Gral (1925); Parzival in der deutschen Literatur (1929).
Lit.: P. Bülow, Ein Leben im Dienste des Grals, in: Zeitschr. f. Musik VI (1938).
