Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 05-01-2022

Willem bastiaansz

betekenis & definitie

(Haarlem 1620 - Rotterdam 21 Jan. 1704), bijgenaamd Schepers, welke naam de familienaam van zijn nakomelingen werd, was een aanzienlijk Rotterdams reder en koopman, die als Prinsgezinde sedert de verheffing van Willem III tot stadhouder in 1672 een voorname rol speelde in het bestuur van zijn stad, door welke hij herhaaldelijk naar de Staten van Holland werd afgevaardigd. In 1673 werd hij, waarschijnlijk zonder ooit te hebben gevaren, bij de Admiraliteit van het Noorderkwartier, in 1678 bij die van Amsterdam en in 1691 bij die van de Maze tot luitenant-admiraal benoemd.

Hij nam tijdens de Eerste Franse Zee-Oorlog (1672-1678) deel aan de expedities van Cornelis Tromp* in 1674 cia.nr Belle Isle en Noirmoutier en naar de Middellandse Zee, kruiste in 1676 aan het hoofd van een eskader tegen de Duinkerker kapers en commandeerde in 1677 onder Cornelis Tromp, toenmaals generaal admiraal in Deense dienst, een Nederlandse hulpvloot tegen Frankrijks bondgenoten, de Zweden. Naar aanleiding hiervan werd hij door den Deensen koning, Christiaan V. in de adelstand en tot ridder in de Dannebrogsorde verheven. In 1683, toen Denemarken en Frankrijk de rust in het Noorden dreigden te verstoren, vertrok hij wederom aan het hoofd van een eskader derwaarts, doch na de overtocht van stadhouder Willem III naar Engeland in 1688, toen Bastiaansz zich met den prins als diens raadsman op het fregat Den Briel bevond, heeft hij niet meer gevaren en is hij slechts aan de wal ten behoeve van de vloot werkzaam gebleven, DR J. K. OUDENDIJKLit.: J. G. de Jonge, Gesch. v. h. Ned. Zeewezen, 2de dr., dl II, III (Haarlem 1858-1862).

< >