(Spaans: Tierra del Fuego), eilandengroep aan de Zuidpunt van Zuid-Amerika, door Straat Magalhaes van het vasteland gescheiden, bestaat uit het hoofdeiland (48 114 km2) 9 grotere eilanden en talrijke kleinere. De gezamenlijke oppervlakte bedraagt 71 500 km2.
De archipel is verdeeld tussen Argentinië en Chili; Argentinië bezit het oostelijk deel (20 912 km2, waarvan bijna 20 000 km2 van het hoofdeiland). De grens wordt gevormd door de meridiaan van 68° 18' W.L. v. Gr. Op het eiland wonen naar schatting 8000 mensen, waarvan 5000 Argentijnse onderdanen. De Z.W.-kust is sterk geleed en bergachtig, een voortzetting van de Andes. De hoogste top is de Darwin, die tot 2000 m reikt.Naar het O. toe wordt het landschap tot een plateau, een voortzetting van de Patagonische hoogvlakte. Het gehele eiland is indertijd door gletsjers bedekt geweest en ook thans komen in de bergen nog talrijke gletsjers voor, waarvan de sneeuwlijn op 1000 m ligt en die afdalen in de fjorden. Ook in het lagere O. wijzen moreneruggen en zwerfstenen op een glaciale periode. Het klimaat is zeer guur en hoewel er geen bijzonder lage temperaturen voorkomen (een gem. wintertemp. van 2 gr. G.; de gem. zomertemp. bedraagt 10 gr. C.), is de regenval, vooral op de hoge westkust bijzonder groot.
Sterke winden, die onophoudelijk uit het W. komen, mist en het vrijwel ontbreken van zonneschijn geven het klimaat een deprimerend karakter. De lagere bergen in het W. dragen bossen, terwijl in het drogere en vlakke O. grassen voorkomen, die een goede weidegrond vormen. De autochthone bevolking, een Indiaans ras, is nog vrij primitief en wordt verdeeld in twee groepen, de Alakaloers op de westelijke eilanden en de Onas, een lang, sterk volk in de oostelijke vlakte.
Er zijn slechts weinig Europese kolonisten op dit onaantrekkelijke eiland; een deel van hen houdt zich bezig met schapenteelt, een ander deel werkt in de bossen. Het aantal schapen per hoofd van de bevolking is het grootste ter wereld (meer dan 3000). Het gebrek aan hout in de Argentijnse pampa’s heeft de nederzetting Ushuaia in het Argentijnse deel doen ontstaan, de meest zuidelijke stad ter wereld. Ushuaia en Porvenir in het Chileense deel, tegenover Punta Arenas gelegen, zijn de enige nederzettingen van betekenis in de hele archipel. Porvenir heeft een ten dele Joegoslavische bevolking.
Vuurland werd in 1520 door Magalhaes ontdekt en aldus genoemd, omdat hij ’s nachts grote vuren op de kust waarnam (afkomstig van actieve vulkanen). Eerst na de staatkundige verdeling in 1881 tussen Chili en Argentinië hadden nauwkeurige onderzoekingen plaats.
Lit.: M. Mielche, Journey to World’s End (1945); E. Lucas Bridg es, Uttermost Part of the Earth (London 1948).