Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Virginia WOOLF

betekenis & definitie

Engels romanschrijfster en essayiste (Londen 1882 - zelfmoord, Lewes 28Mrt 1941), was een dochter van de literaire historicus Leslie Stephen en ontving wegens haar zwakke gezondheid privé onderwijs. Als kind ontmoette zij talrijke literaire grootheden die haar vader bezochten.

De indruk die deze op haar maakten is neergelegd in vele van haar boeken. In 1912 huwde zij de journalist en essayist Leonard Woolf, met wie zij The Hogarth Press stichtte, een uitgevershuis dat menig avant-gardistisch belletristisch werk deed verschijnen. Reeds door haar eerste, toch nog vrij conventionele roman The voyage out (1915) kreeg zij de faam van groot stijlvernieuwster, die eerst gerechtvaardigd zou worden door haar, onder invloed van Proust en Dorothy Richardson geschreven romans uit de twintiger jaren. Uiterst gevoelig als zij was, richtte zij in haar werk haar volle aandacht op de overwegingen en impulsen die achter de handelingen van haar figuren schuilgingen.Zij trachtte de associatieve werking in de geest, de subjectieve ervaring van de werkelijkheid te doorgronden en vond een vorm waarin de fluctuaties in het gemoed van het individu, de onheldere naast de heldere indrukken gestalte kregen. Zij introduceerde de techniek van de „stream of consciousness”. De ononderbroken stromen van indrukken in het onderbewustzijn van haar figuren lopen echter, als om de onstabiliteit van de wereld te benadrukken, in elkaar over. Daardoor zijn haar boeken soms moeilijk te doorgronden en lijden zij vaak aan een teveel aan techniek. Groot was de invloed die zij uitoefende. Haar beste romans, MTS. Dalloway (1925) en To the Lighthouse (1927) en haar eminente essays hebben haar een blijvende plaats in de Engelse letteren verzekerd.

Bibl.: Night and Day (1919); Monday or Tuesday (1921); Jacob’s Room (1922); The Common Reader (2 dln, 1925-’32); Orlando (1928); A Room of one’s own (1929); The Waves (1931); Flush (1933); The Years (1937); Three Guineas (1938); Roger Fry (1940); Between the Acts (1941); The Death of the Moth (1942); The Moment and other Essays (1948); The Captain’s Death Bed, and other Essays (1950); A Writer’s Diary (1954 dagboek 1926-’41).

Lit.: Warren Beek, American Prefaces (1942) ;E. M. Fors ter, V. W. (1942); David Daiches, V. W. (1942); Joan Bennett, V. W. (1945); B.

Blackstone, V. W. (1952).

< >