Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

Thomas ERPENIUS

betekenis & definitie

eigenlijk van Erpe, Nederlands oriëntalist (Gorinchem 9/11 Sept. 1584 - Leiden 13 Nov. 1624), behaalde in 1608 te Leiden de graad van magister artium liberalium en bezocht daarna o.a. Cambridge, Oxford, Parijs, Saumur en Heidelberg, waar hij vnl. studie maakte van het Arabisch.

In Venetië leerde hij van Oosterlingen de beginselen van het Turks, Ethiopisch en Perzisch. In Juli 1612 terug in zijn woonplaats Middelburg, werd hij door voorspraak van Casaubon en Daniël Heinsius, naast Jan Theunisz., de lector in het Arabisch,benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de Oosterse talen te Leiden (3 Febr. 1613), hoewel hij nog geen publicaties op zijn naam had. Hij stichtte in 1615 een eigen drukkerij, die o.m. voorzien was van Hebreeuws, Arabisch, Syrisch en Ethiopisch typografisch materiaal.Sinds 1619 doceerde hij als opvolger van Guil. Coddaeus ook Hebreeuws. Hij was de grootste Arabist van zijn tijd, heeft verscheidene Arabische teksten uitgegeven en schreef een Arabische grammatica, die meer dan 230 jaar in herdruk en vertaling is gebruikt. Na zijn dood zijn nog enkele van zijn werken gepubliceerd, o.a. een „Baedeker” voor Frankrijk ten behoeve van afgestudeerde jongelui.

Bibl.: Observationes in Lexicon arabicum Fr. Raphelengii (gedr. achter dit Lexicon, Leidae 1613); Grammatica arabica (Leidae 1613, herdr. als: Rudimenta linguae arabicae, laatste dr. Roma 1829, Duitse vert. 1771, Fr. vert. 1844); Proverbiorum arabicorum centuriae duae (Leidae 1614); Locmani Sapientis fabulae (Leidae 1615); Historia saracenica olim arabicè enarrata a Georg. Elmasino (1625, Eng. vert. in S. Purchas his pelgrimage, 1626); Psalmi Davidis lingua syriaca (1625, herdr. als: Psalterium syriacum, Halae 1768); Grammatica chaldaea ac syra (Amstelodami 1628); De peregrinatione gallica utiliter tractatus (Lugd. Bat. 1631, herdr. Hamburgi 1721); Praecepta de lingua graecorum communi (1662).

Lit.: E. Slijper, Een posthuum boek v. E., in: Het Boek XIII (1924); W. M. C. Juynboll, Zeventiende-eeuwsche beoefenaars van het Arabisch in Nederland, diss. Utrecht (1932); D. W. Da vies, The provenance of the oriental types of E., in: Het Boek XXX (1949/50).

< >