Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

Theodoras jacobus ignatius ARNOLD

betekenis & definitie

Nederlands bibliothecaris en bibliograaf (Didam 25 Febr. 1832 - Gent 16 Apr. 1899), was op 16-jarige leeftijd (1849) letterzetter bij I. A.

Nyhoff te Arnhem en kwam in 1851 in dienst van den bekenden boekhandelaar F. Muller te Amsterdam, waar hij zich volledig inwerkte in de kennis van het boek en een befaamd boekkundige werd. Later stond hij aan het hoofd van een boekenantiquariaat te Brussel, dat schipbreuk leed. Hij kwam in 1868 in Nederland terug, en maakte de zeer verzorgde antiquariaatscatalogussen der firma Nyhoff te ’s-Gravenhage op tot 1878. In dit jaar werd hij naar Gent geroepen door Ferdinand van der Haeghen, die hem als voornaamste medewerker aanstelde aan de Bibliotheca Belgica, de grote bibliographische onderneming der Nederlanden. Hulpbibliothecaris aan de Universiteit van die stad in 1873, werd hij er tot tweede conservator benoemd in 1883.

Zijn publicaties zijn niet zeer talrijk, maar van uitstekende aard. De lijst er van werd opgemaakt door W. de Vreese, als bijvoegsel aan de uitgebreide biographie van Arnold.PROF. DR R. APERS

Lit.: W. de Vreese, Levensber. v. Th. J. I. Amold (Gent 1901) (Jaarboek Kon. VI.

Acad. Gent); R. Apers, Ferdin. v. d. Haeghen en het ontstaan der Bibl. Belgica (Antwerpen 1945) (Alb. Lode Baekelmans).

< >