Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Termieten

betekenis & definitie

(hop tera) vormen een orde van in de tropen en subtropen voorkomende insecten, die in staten leven, welke door hun samenstelling een opvallende overeenkomst vertonen met die der mieren. Dit is dan ook de reden, dat zij dikwijls als „witte mieren” betiteld worden, een zeer misleidende naam omdat de termieten, die naar hun lichaamsbouw verwantschap vertonen met de kakkerlakken, systematisch zeer ver van de mieren, insecten uit dezelfde orde als de bijen en wespen, verwijderd zijn.

De termieten zijn insecten met een onvolledige gedaanteverwisseling, d.w.z. dat de larven vanaf de geboorte op de volwassen dieren lijken en daarin, via een reeks vervellingen, geleidelijk overgaan, zonder een popstadium door te maken. Hoewel de verschillende families nogal uiteenlopen in levenswijze en het moeilijk is hiervan een op de gehele orde toepasselijke beschrijving te geven, verloopt deze ongeveer volgens onderstaand schema, waarbij de restrictie moet worden gemaakt, dat niet bij alle soorten alle genoemde typen voorkomen.

De termietenstaat bestaat dan uit een aantal in vorm en levenswijze verschillende groepen van individuen, die kasten worden genoemd. Het talrijkst is de kaste der arbeiders, mannetjes en wijfjes met onvolledig ontwikkelde geslachtsorganen, die vnl. belast zijn met de nestbouw en wat hier bij komt. Het zijn langwerpige, vleugelloze, witte insecten met een week lichaam, alleen de kop is harder en donkerder. De ogen, zowel de samengestelde als de enkelvoudige, zijn meestal min of meer rudimentair, de antennen snoervormig, de monddelen krachtig bijtend. Grotere individuen met een veelal zeer grote kop en enorme voorkaken, vormen de kaste der soldaten, eveneens ongevleugeld en van beiderlei geslacht. Bij sommige soorten komen soldaten voor met rudimentaire kaken en een snuitvormige verlenging van de kop waarop een klier uitmondt, die een kleverige vloeistof afscheidt. Zowel arbeiders als soldaten zijn dus onvruchtbare vormen. De fertiele kasten zijn in de eerste plaats de grootvleugelige mannetjes en wijfjes, vervolgens kunnen ook nog kleinvleugelige (met vleugelstompjes) en ongevleugelde geslachtsdieren optreden.

De stichting van een nieuw nest gaat echter wel steeds van een grootvleugelig paar uit dat zich ingraaft en de vleugels verliest. Dit worden dan de bekende koning en koningin. De koningin heeft in het vervolg als uitsluitende taak het leggen van eieren, in verband waarmede het achterlijf bij sommige soorten uitgroeit tot een worstvormig lichaam van 5-9 cm lengte. In deze toestand kan de koningin, die bij bedoelde soorten tot 4000 eieren per etmaal legt, zich niet meer verplaatsen en wordt gevoed door de arbeiders.

Dit alles heeft vnl. betrekking op de familie Termitidae waarvan de reusachtige bovengrondse nesten algemene bekendheid genieten. Vooral in tropisch Afrika, Australië en Azië komen soorten voor, die met aarde en speeksel nesten bouwen waarvan het bovengrondse deel zes meter hoog kan worden. Lang niet alle termieten maken echter zulke nesten, vele leven onder de grond, andere in polygame bloemen zonder kroon, maar met 2 kransen van meeldraden. De min of meer vlezige steenvrucht is enigszins samengedrukt en vaak aan hout, maar vrijwel alle soorten zijn bijzonder lichtschuw. Waar de uitbreiding van hun territorium het nodig maakt zich over de oppervlakte van de grond of van gebouwen te verplaatsen, worden hiertoe van fijngekauwd hout tunnels aangelegd, die het zonlicht weren.

Hout is voor alle termieten het voornaamste voedsel waardoor vele soorten tot de zeer schadelijke insecten moeten worden gerekend. Zowel houten gebruiksvoorwerpen als houtconstructies van gebouwen kunnen in korte tijd grondig worden vernield. Het verraderlijke is daarbij, dat de termieten, in verband met bovengenoemde lichtschuwheid, steeds een papierdun laagje intact laten zodat balken en planken, die nog gaaf lijken, volkomen uitgehold kunnen zijn. De vertering van dit voor alle dieren zeer moeilijk verwerkbare voedsel geschiedt met behulp van micro-organismen in de darm. De houtdeeltjes worden nl. opgenomen door aldaar aanwezige Flagellaten (eencellige dieren), welke op hun beurt door de termieten worden verteerd. Vele van de hogere termieten leggen in speciale kamers schimmelcultures aan, die tot voedsel strekken, vooral voor de geslachtsdieren en de jonge larven.

Evenals bij de mieren leeft in de termietennesten een groot aantal andere dieren, vooral kevers, maar ook vliegen, mijten enz. als „gasten”.

DR G. BARENDRECHT

Lit.: W. Bölsche, Der T.staat(ig3l); W. Goetsch, T.staaten (1939).

< >