(oesophagus) is de buisvormige verbinding tussen de mondkeelholte (zie keel) en de maag. Hij begint achter het strottenhoofd, loopt voor de wervelkolom en achter de luchtpijp naar beneden, bereikt door een opening in het middenrif (hiatus oesophagei) de buikholte en mondt met een trechtervormige opening in de maag uit.
Zijn wanden bestaan voor een groot deel uit gladde spiervezels, die deels in lengterichting en deels circulair verlopen. Aan de binnenzijde wordt de bekleding gevormd door een slijmvlies met meerlagig plaveisel-celepitheel en vele slijmklieren. Van buiten is de slokdarm omgeven door bindweefsellagen, die de verbinding vormen met de nabijgelegen organen. Als men niet slikt, liggen de wanden van de slokdarm tegen elkaar aan; hij opent zich als er voedsel of drank moet passeren. Deze passage komt tot stand door een peristaltische beweging van de slokdarmwand.
Ziekten van de slokdarm.
Soms blijkt kort na de geboorte dat de slokdarm abnormaal is aangelegd, afgesloten of te kort. Vnl. bij kinderen kan, door het inslikken van bijtende stoffen een verbranding van het slokdarmslijmvlies ontstaan; als deze geneest vormt zich door schrompeling van het littekenweefsel vaak een vernauwde plek, een littekenstenose of strictuur, die door oprekking of operatie moet worden verholpen. Soms ontwikkelt zich bij volwassenen zonder duidelijke oorzaken een passagestoornis in de slokdarm, waarbij het onderste gedeelte zich ternauwernood ontplooit; er blijft dus voedsel stagneren en boven de functionele vernauwing ontstaat op den duur een sterke uitzetting van de slokdarm. Men spreekt dan van cardiospasmus; deze veroorzaakt belangrijke moeilijkheden met het slikken en soms ook pijn in de borst. De behandeling kan vaak bestaan uit oprekking; soms is operatie gewenst.
Plaatselijke uitstulpingen aan de slokdarm, waarin voedsel blijft steken, komen nogal eens voor (zie divertikels). Bij levercirrhose (zie leverziekten) en enkele andere toestanden komen in de slokdarm aderuitzettingen (varices) tot ontwikkeling, die aanleiding kunnen geven tot zeer ernstige bloedingen. Slokdarmkanker is overwegend een ziekte van oudere mannen, die vooral slikstoornissen en vermagering veroorzaakt. Voor het onderzoek van de slokdarm is het röntgenonderzoek onontbeerlijk; verder kan men het inwendige van de slokdarm bezichtigen met een oesophagoscoop (zie oesophagoscopie). Dit instrument doet tevens dienst om vreemde voorwerpen, die in de slokdarm zijn blijven steken, te verwijderen. De chirurgische behandeling van slokdarmaandoeningen heeft de laatste jaren grote vooruitgang geboekt.