(gest. te Vollenhove 2 Febr. 1540), was een Duits edelman, die in 1496 met bisschop Frederik van Baden in Utrecht kwam en diens kastelein werd. Hij bleef raad van de opvolgers van Frederik en werd daarvoor beleend met het Huis en Ambt van Vollenhove.
In 1521 werd hij namens Karel V stadhouder van Friesland en voerde hier een hevige en succesvolle strijd tegen de Geldersen, waarbij hij Hasselt in Overijsel veroverde, maar bij Genemuiden verslagen werd. Toen Friesland Karel V erkende, verjoeg hij er de Geldersen definitief en voerde daarna oorlog in Overijsel, dat hij, evenals stukken van Gelderland en Utrecht, op Karel van Egmond veroverde. In 1528 tekende hij het verdrag, waarbij Utrecht aan Karel V kwam, en werd ook stadhouder van Overijsel. Hij voerde nu strijd in Groningen en had ook daar succes: in 1536 erkende het gewest de keizer als heer en Schenck werd stadhouder van Groningen. In alle gewesten handhaafde hij met kracht het gezag van de vorst en bestreed de ketterij.Lit.: J. S. Theissen, Centraal gezag en Friesche vrijheid (1907); Idem, De regering van Karel V in de N. Nederl. (1912).
