Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SAY, jean baptiste

betekenis & definitie

Frans economist (Lyon 5 Jan. 1767 - Parijs 15 Nov. 1832), stamde uit een Zuidfranse Protestantse koopliedenfamilie.

Opgeleid voor de handel bracht hij in 1786 en 1787 enige tijd in het Engeland van de zich juist ontplooiende industriële revolutie door. Terug in Parijs was hij in diverse betrekkingen werkzaam, waarbij hij in zijn vrije tijd wijsbegeerte en economie beoefende. Niet geneigd zich naar de wensen van Napoleon te voegen ging hij naar Genève. In 1804 ondernemer, stichtte hij een textielfabriek in Noord-Frankrijk. In 1815 bekleedde hij eerst tijdelijk en later definitief (1819) de leerstoel in „Economie industrielle” aan het Conservatoire des Arts et Métiers te Parijs. In 1830 werd hij professor in de economie aan het Collège de France.

Men doet Say ernstig te kort met hem als popularisator en systematisator van Adam Smith te zien. Zelf leverde hij zeer belangrijke bijdragen tot de ontwikkeling van het theoretisch economisch denken. Op hoofdpunten week hij van Smith af door de prijsverklaring niet uitsluitend aan de aanbodzijde te zoeken. De waarde van enig goed achtte hij bepaald door de subjectieve nuttigheid. Productie, het toevoegen van nuttigheden, is ruimer dan het creëren van materiële zaken: industrie en handel zijn even zo productief als de landbouw, hetgeen in strijd was met de gedachten van zijn Franse voorgangers (zie physiocraten). In de productie nemen de ondernemers een centrale plaats in, inzonderheid als vragers naar en combinatoren van de productiefactoren grond, arbeid en kapitaal, waarvoor zij een speciale beloning boven de kapitaalrente, de ondernemerswinst, ontvangen, te hoger naarmate hun prestaties beter zijn. In deze analyse introduceerde Say de driedeling consumptie, productie en distributie, welke de gehele 19de eeuw de methodiek der economie heeft beheerst.

Het ter markt komende product wordt geconfronteerd met het inkomen, dat de productiefactoren genieten. Daar elke productie van goederen en diensten aanwending van productiefactoren eist, zal iedere productie haar eigen vraag scheppen. In een stelsel van volledig vrije mededinging zal algemene overproductie onmogelijk zijn, daar het geld louter als ruilmiddel fungeert (Loi des Débouchés). Deze zgn. wet der afzetgebieden is een van de centrale discussiepunten geworden, inzonderheid bij de opbloei van de conjunctuurtheorie. Hoewel Say’s wet door de nieuwere theorie is weerlegd, blijft hem de eer een van de voornaamste grondleggers van de evenwichtsanalyse te zijn geweest.

J. R. ZUIDEMA

Bibl.: Traité d’écon. pol. (2 dln, Paris 1803); Cours complet d’écon. pol. pratique (6 dln, Paris 1828-’29); Lettres à M. Malthus (Paris 1826); Voll. teksten in Guillaumin: Collect. des princip. économistes.

Lit.: E. Teilhac, L’œuvre écon. de J. B. S. (Paris 1927).

< >