Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

RUNEBERG, johan ludvig

betekenis & definitie

Zweeds-Fins schrijver (Jakobstad 5 Febr. 1804 - Borgå 6 Mei 1877), werd in 1830 docent in de Latijnse taal en literatuur te Helsinki. In 1837 werd hij leraar in het Latijn, later in het Grieks, in Borgå.

In 1839 kreeg hij een jaarlijkse subsidie van de tsaar, in 1844 de professorstitel. Midden in zijn werkzaamheden werd hij in 1863 door een beroerte getroffen, 13 jaren heeft hij nog als invalide geleefd. Runeberg was een realist; hij schilderde de mensen en hun omgeving in het licht van zijn idealistische levensbeschouwing. Hij merkte van alles het karakteristieke op en wist dat treffend uit te beelden. Hij is eenvoudig in zijn wijze van voorstellen en heeft iets in zich van de klassieke harmonie.Runeberg's hoofdwerk is Fänrik Ståls sägner (I 1848, II 1860), een cyclus van epische gedichten uit de Fins-Zweedse oorlog tegen Rusland.

Lit.: J. E. Strömborg, Biografiska anteckningar om J. L. Runeberg (1880-1901); W. Söderhjelm, J.

L. Runeberg, hans lif och hans diktning (1904-1906); J. A. Heikel, J. L. R. (1926); Louri Viljanen, R. och hans diktning (1947); zie ook J.

L. Perret, Litt. finl. (Paris 1936).

< >