Sir, oudheidkundige en verzamelaar van munten en handschriften (Denton, Huntingdonsh. 22 Jan. 1571 - Londen 6 Mei 1631), ontving zijn opleiding aan de Westminster School en te Cambridge, werd vaak geraadpleegd door Elizabeth en door Jacobus I tot baronet verheven (1611). Hij was een tegenstander van Karel I.
Schrijver van verscheidene vlugschriften, maar van geen enkel boek, dat meetelt. Zijn kleinzoon vermaakte zijn kostbare bibliotheek (deels afkomstig uit opgeheven kloosters) aan de Staat (1700). In 1731 ging er in een brand veel verloren (o.a. werd daarbij de Cotton-bijbel, een hs. van ca 500 n. Chr., vooral bekend om zijn voorstellingen uit Genesis, sterk gehavend); de boekerij is sedert 1753 in het Brits Museum en bevat o.m. het hs. van Beowulf, de Cotton-bijbel en de Annalen van Egmond.Lit.: Cottoni posthuma (uitgeg. d. James Howell, 1651); ed. E. Goldsmid, 1884-’87.