Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KRATINOS

betekenis & definitie

(Latijn: Cratinus), gest. kort vóór 421 v. Chr., behoort met Eupolis en Aristophanes tot de grootste dichters der Oude Attische Comedie.

Hij gold voor de grondlegger van de comedie met politieke satire waarbij hij zijn spot vooral tegen Perikles richtte; in zijn conservatieve sympathieën en antipathieën komt hij overeen met zijn jongere mededinger Aristophanes. Hij schreef 21 (volgens anderen op zijn minst 29) stukken, waarvan slechts fragmenten bewaard zijn, benevens de op papyrus teruggevonden inhoudsopgave van zijn Dionysalexandros, waarin Dionysos de taak van Paris (Alexandros) op zich neemt bij de schoonheidswedstrijd tussen Hera, Athena en Aphrodite; in dit stuk ging mythenparodie gepaard met politieke satire. Beroemd was zijn in 423 opgevoerde Pytine (wijnfles), waarin de van water drinken afkerige oude dichter zijn wettige vrouw, de Comedie, zich liet beklagen over zijn samenleven met een liederlijk vrouwspersoon, de Dronkenschap. Voor verdere bijzonderheden en uitgaven z blijspel, klassieke Oudheid.Lit.: J. Th. M. F. Pieters, Cratinus, bijdrage tot de gesch. der vroeg-Attische comedie (Leiden 1946).

< >