Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

EUPOLIS

betekenis & definitie

behoort met Kratinos en Aristophanes tot de grootste dichters der Attische Oude Comedie; geboren in 446, gesneuveld in de Peloponnesische Oorlog 411 v. Chr., schreef hij 14 of 17 stukken; met 7 daarvan behaalde hij de eerste prijs.

Met Aristophanes stond hij aanvankelijk op goede voet, later beschuldigden de beide dichters elkaar van plagiaat. Zijn comedie was vooral van politieke strekking; vervuld van liefde voor zijn staat, richtte hij zich met heftige hartstocht tegen diegenen, wier optreden hij nadelig achtte, bijv. tegen Alkibiades in zijn Bapten (de dopers, d.w.z. deelnemers aan godsdienstige samenkomsten van buitensporig karakter), tegen de sophisten in zijn Kolakes (de vleiers, d.w.z. de beschermelingen van de rijke Kallias, vriend der sophisten), tegen degenen, die zich aan de krijgsdienst onttrokken, in zijn Astrateutoi; ook Socrates spaarde hij niet. Hij verstond de kunst om zijn geestige opmerkingen met welgekozen bewoordingen in treffende vorm te gieten. Van zijn beroemdste comedie, de Demen, waarvan de δῆμοι, de gemeenten van Attica, het koor vormden en dat ten dele in de onderwereld speelde (opgevoerd in 412), zijn gedeelten op een papyrus teruggevonden. Voor verdere bijzonderheden en uitgaven der fragmenten z blijspel, klassieke Oudheid.

< >