Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KLINKEN

betekenis & definitie

is een methode om metalen delen aan elkaar te bevestigen, waarbij door overeenkomende gaten metalen pennen (klinknagels) gestoken worden, voorzien van een opgeperste, zgn. zetkop, die verschillende vormen kan hebben, als pankop, bolle kop, verzonken kop. Deze laatste is bij waterdicht en oliedicht werk nodig, daar hij „gekookt” kan worden. De doorgestoken nagel krijgt dan aan de andere kant een sluitkop door hem zodanig met hamers te bewerken, dat het cylindrisch einde ineenstuikt en zijdelings buiten het gat uitsteekt.

Deze kop kan men een bolle vorm geven door een soort matrijs, de snapper, tussen nagelsteel en hamer te houden. Tijdens het klinken moet op de zetkop een tegendruk worden uitgeoefend. Dit doet de „aanhouder” met een zwaar stuk ijzer (dolly) of met een pneumatisch werktuig.Bij het klinken moet ook de nagel zelf stuiken, en daardoor het gat in de plaat geheel opvullen. Om die reden kan men stalen nagels van meer dan 6 mm diameter niet meer „koud” klinken; ze moeten verhit worden. Dit heeft als voordeel, dat bij het afkoelen krimp ontstaat, waardoor de bouwdelen zeer sterk opeen worden geklemd. Met de hand klinken, waarbij twee arbeiders (klinkers) samenwerken, komt vrijwel niet meer voor. Het is vervangen door pneumatisch klinken, waarbij één klinker, met een door perslucht gedreven hamerwerktuig de taak van twee man verricht. Bij bruggen, kranen, constructiewerk, e.d., maakt men veel gebruik van hydraulisch klinken; dit is geen eigenlijk klinken, want er wordt niet gehamerd, maar geperst. De druk blijft op de snapper staan totdat de nagel geheel is afgekoeld.

Tegen het einde van de 19de eeuw zijn grote bouwwerken, als de Forthbrug over de Clyde in Schotland en de Eiffeltoren, in geklonken staalconstructie uitgevoerd. De Forthbrug is in de jaren 1882 tot 1890 gebouwd en bevat in de stalen bovenbouw 51 000 ton staal geklonken met 6½ millioen klinknagels.

De verdeling der nagels in de naden (aantal rijen, onderlinge afstanden, keuze der steeldikte) wordt vastgelegd in zgn. klinktabellen, die niet altijd overeenstemmen. Men kent er van de diverse classificatiemaatschappijen en van andere grote lichamen, zoals de Koninklijke Marine.

Bij het klinken van metalen van klein s.g. (aluminium-alliages e.d.) is de nagel zachter en kan tot groter diameter koud geklonken worden. Voor de vliegtuigbouw heeft men ontploffingsnagels ingevoerd, die in de steel een explosieve stof voeren. Men steekt ze in het gat en verhit ze (bijv. electrisch) waardoor de lading ontploft en het vrije steeleind uitgezet wordt, aldus een soort sluitkop vormend. Deze nagels doen dienst waar men geen ruimte of toegang heeft om een sluitkop normaal te klinken.

De ontwikkeling van lassen heeft het klinken in de laatste decennia sterk teruggedrongen. Maar voor allerlei verbindingen zal klinken voordelen blijven bieden, ook in de naaste toekomst.

IR R. F. SCHELTEMA DE HEERE.

< >