Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

KLIMOP

betekenis & definitie

(Hedera L.) is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Araliaceeën. Het telt, in Europa, Noord-Afrika en Azië een 5-tal soorten, met luchtworteltjes klimmende altijdgroene heesters met verspreide, gesteelde, gaafrandige, grof getande of gelobde bladeren en alleen of in trossen staande schermen van bloemen met een 5-tandige kelk, 5 kroonbladen, 5 meeldraden en een 5-hokkig vruchtbeginsel met tot een kort zuiltje vergroeide stijlen, dat uitgroeit tot een 3-5-zadigebes. De enige Nederlandse soort, de gewone klimop (H. helix L.), in geheel Europa tot de Kaukasus te vinden, gekweekt sinds oude tijden, vertoont aan de groei takken 3-5-lobbige bladeren, aan de bloeitakken gaafrandige.

De bladkleur is des winters donkerder dan in de zomer. De bloei valt in Sept. en Oct. De protandrische bloemen zijn zeer honingrijk. De zwarte bessen worden veel door vogels gegeten. Men kent er veel tuinvormen en verscheidene geografische rassen van.Zeer bekend zijn: de var. arborescens Loud., een rechtop staande struik met gaafrandige bladeren, te verkrijgen door van bloeitakken te stekken; de zilverbonte var. argenteo-variegata West; de geelbonte, zelfs geheel gele bladeren dragende var. aureo-variegata West; de var. conglomerata Nichols, langzaam groeiend, met dicht opeenstaande, kleine, gaafrandige of 3-lobbige bladeren; e.a. Voorbeelden van geografische rassen zijn de var. hibernica Kirchn., de zgn. Ierse klimop, met groter en breder bladen, en de var. poëtica West, met gele vruchten, uit Z.O.-Europa en Klein-Azië (syn. var. chrysocarpa Ten.). Van de overige Hedera-soorten zijn het best bekend de weelderige H. colchica K. Koch, uit Kaukasië, met slechts zelden iets gelobde bladeren, en H. canariensis Willd. van de Canarische eilanden, Madeira en Noord-Afrika, minder H. nepalensis K. Koch, uit de Himalaya, en H.japonica Tobl., uit Korea en Japan.

Lit.: F. Tobler, Die Gattung Hedera (1912); A. Rheder, Manual of Cultivated Trees and Shrubs (2de dr., New York 1947).

< >